Hydrologie Flashcards

1
Q

Wat is koolzuurgasassimilatie?

A

fotosynthese dmv opname CO2 en H2O
6CO2 + 6H2O -> C6H12O6 + 6 O2
CO2 + water wordt Glucose + zuurstof, wanneer er geen water is stopt fotosynthese!
1% wateropname

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Op welke manier gebruikt een plant ook water?

A
  • transport mineralen (enkele %)
  • verdamping via de bladeren (huidmondjes) om oververhitting te voorkomen, veel %!
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer verwelkt de plant?

A

Als de verdamping groter is dan de aanvoer van water. Huidmondjes sluiten en verdamping stopt, ook CO2 opname stopt. Relatie verdamping en opbouw plant.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het gemiddelde neerslagoverschot in NL?

A

850 mm neerslag - 600 mm verdamping = 250 mm/jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het maximale neerslagtekort in de zomer?

A

300 mm, dus 300 mm bufferen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe ziet de onverzadigde en de verzadigde zone eruit?

A

Onverzadigd:
Ruimte vanaf maaiveld tot de volcapilaire zone
= hangwaterzone + open-capilaire zone.

Verzadigd: de vol-capilaire zone+ grondwater

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn capilaire krachten?

A

Adhesie en cohesie tussen gronddeeltjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is osmose?

A

osmotische krachten: Door negatieve lading van klei en humus is de binding van water aan klei of humusdeeltjes sterker dan aan zanddeeltjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe werkt een drukkracht en hoe wordt het uitgedrukt?

A

Een druk (P) is een kracht (F) per oppervlakte eenheid (A)

P = F/A

De standaard eenheid van druk is Pa (Pascal = N/m2).

1 bar = 100 kPa =
10 meter waterkolom = 0,75 m kwikkolom = 1 atm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe druk je het vochtgehalte in de grond uit?

A

Volumefractie water:
Is bijv. het vochtgehalte = 0,4 = 40%, dan is 40% van het grondvolume water. Afkorting: Thèta = θ

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de vochtkarakteristiek?

A

Verband tussen de drukhoogte en vochtgehalte in de grond.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe bereken je de waterbalans van een gewas?

A

Neerslag+ capillaire nalevering-actuele verdamping. Ga uit van pF=3

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de kritieke stijgafstand?

A

De afstand waarbij de capilaire nalevering 1,5 -2 mm per dag is (dat is genoeg om verdrogen te voorkomen).
Zeezand = 40 cm
Grof rivierzand = 40 cm
Lichte zavel = 130 cm
Sterk lemig fijn zand = 160 cm!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is het freatisch pakket?

A

Het eerste grondwater wat je tegenkomt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat geeft de pF aan en hoe wordt het uitgedrukt?

A

Het geeft de vochtkarakteristiek van de bodem aan (maat onderdruk in cm’s waterkolom). Hoe sterkt het water aan de bodem zit.
pF=log(-h)
h = waterdruk in cm.

voorbeeld:
h= -16000 cm
pF= log(–16000)=4,2
= maximale zuiging van de plant voor verwelken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat geven pF 2, 3 en 4,2 aan?

A

2= veldcapaciteit (zo nat mogelijk)
3= iets minder nat, van 2-3 is ideaal voor de plant
4,2= verwelkingspunt, tot deze onderdruk kunnen planten water lostrekken van de bodem

17
Q

Hoe bereken je de potentiele verdamping Ep van een gewas?

A

Ep= E0 * f
E0= verdamping open water
f= gewascoefficient

18
Q

Hoe bereken je de actuele verdamping Ea?

A

Ep * C3.
C3 = reductiecoefficioent voor de vochtvoorziening *getal tussen de 0 en de 1.

Bij pF 2 -3 -> C3 = 1
Bij pF 3 - 4,2 -> C3 = tussen 0 en 1 (lineair)
Bij pF 4,2 -> C3=0

19
Q

Van welke 3 factoren is de capillaire nalevering afhankelijk?

A
  1. grondsoort
  2. stijgafstand= gws-wortelzone
    3.pF-waarde

Deze waarden voor de berekening in de juiste tabel voor de juiste grondsoort aflezen (per decade aflezen en x10 doen want in tabel is mm/dag aangegeven)

20
Q

Wat is de stijgafstand?

A

afstand grondwater tot wortelzone

21
Q

Hoe bereken je de waterberging in de wortelzone (maximaal)? Dat is dus de watercapaciteit van de wortelzone aan het begin van het groeiseizoen.

A

Eerst volumefractie water (theta, is een percentage) voor de grondsoort opzoeken in de database.
De grond is op veldcapaciteit. Dus aflezen op pF2.
Dan theta * hoogte wortelzone.

22
Q

Hoe zet je een cel vast in excel?

A

F4 (dan komen de $-tekens en rekent hij met een vaste cel)

23
Q

Waarom is een geringe verdamping van een plant ook geringere groei van een plant?

A

Bij geringere verdamping huidmondjes dicht en beperking celopbouw.

24
Q

Wat is de capillaire nalevering per dag die nodig is om ervoor te zorgen dat de plant niet verwelkt?

A

1,5-2 mm/dag.

25
Q

Stappenplan vochtbalans gewas

A
  1. Kleurtjes geven neerslag, capp, nalevering, verdamping
  2. invullen vanuit tabel: gewasfactor, neerslag, Eo (openwaterverdamping)
  3. Ep= gewasfactor*Eo
  4. Invullen GWS (let op, hij begint met een laag getal)
  5. Dikte wortelzone vanuit tabel
  6. Stijgafstand= GWS- wortelzone
    7.Cap. nalevering in mm/dag aflezen bij pF3 voor de stijgafstand (*10 voor decade)
  7. Volumefractie water aflezen bij pF 2,3 en 4,2 (database)
  8. waterberging wortelzone= theta pF3* dikte wortelzone
  9. startdecade invullen.
    einddecade uitrekenen= startdecade+neerslag+capp-Ep
  10. C3 invullen (bij pF 2-3=1, pF3-4,2= tussen 0 en 1)
  11. Ea uitrekenen= C3*Eo
  12. evt beregenen