Hormonen tijdens de geneses 7.7 Flashcards
Wat zijn de 7 belangrijke hormonen die de functie van het voortplantingsstelsel van man en vrouw beïnvloeden?
GnRH, FSH, LH, androgenen (m.n. Testosteron), oestrogenen, progesteron en inibine.
Wanneer komt de productie van GnRH op gang?
Vrouw; Tijdens de puberteit.
Man; Tijdens de puberteit.
Tijdens welke periodes in het leven wordt GnRH geproduceerd?
V: Tijdens de gehele vruchtbare periode
M: Heel het leven.
Door wie wordt GnRh geproduceerd?
Door de hypothalamus.
Wat stimuleert GnRH?
V: Het stimuleert de hypofyse, om meer FSH en LH te produceren.
M: Het stimuleert de productie van FSH en LH.
Wat reguleert FSH?
V: Groei, ontwikkeling en voortplantingsprocessen.
M: ~
Wat stimuleert FSH?
V: De ontwikkeling van eicellen in de ovaria en uiteindelijk de ovulatie.
M: De ontwikkeling van spermacellen in de teelballen.
Wat stimuleert LH?
V: De ovulatie en de vorming van het gele lichaam.
M: Het zet de Leydigcellen in de testes aan tot testosteronproductie.
Wat produceert het gele lichaam?
Hormonen oestrogeen en progesteron.
Wat stimuleert testosteron?
V: De groei van skeletspieren en schaamhaar, de talgproductie en geslachtsdrift (libido).
M: ~
Voor wat zorgt testosteron bij de embryonale ontwikkeling (bij de man)?
Voor de ontwikkeling van de primaire geslachtskenmerken.
Voor wat zorgt testosteron tijdens de puberteit (bij de man)?
Voor de ontwikkeling van secundaire geslachtskenmerken.
Wat stimuleert oestrogeen tijdens de puberteit?
V: De ontwikkeling van primaire en secundaire geslachtskenmerken.
De groei van het baarmoederslijmvlies, opbouw van vetreserves, botten, een elastische huid en het libido.
M: Produceren bijna geen oestrogeen.
Wat stimuleer progesteron?
V: De slijmproductie van de baarmoeder. (Zo kan bevruchte eicel innestelen)
M: Produceren bijna geen progesteron.
Wat is de belangrijkste functie van progesteron?
Het vergroot de overlevingskansen van de bevruchte eicel. (V)