Hoorcollege 3 Flashcards
1
Q
Mediacratie (ook wel: medialogica)
A
Invloed op hoe de werkelijkheid gecreëerd wordt
Media dominant in maatschappelijke processen
- Journalisten bepalen de vragen die gesteld worden en leiden zo wat uitgezonden wordt
Zij bepalen de (informele) regels van het spel
Centrale assumptie: invloed van media op politici en burgers
2
Q
Waar zorgt het laten zien van een eenzijdig beeld voor?
A
Maakt het nieuws toegankelijker voor de burger/buitenstaander
3
Q
Media in Nederland
A
Democratisch corporatistisch
* Minder commercieel
* Traditioneel hoge oplagen kranten
* Traditioneel Partisan Press, verandering naar neutraliteit
* Grote invloed overheid, sterke nadruk op persvrijheid
Uniek publiek omroep systeem
4
Q
Fases van mediatisering
A
- Mate waarin de media de belangrijkste bron van informatie voor burgers zijn geworden en het belangrijkste communicatiekanaal tussen politici en burgers vormen
- De (toenemende) mate waarin media onafhankelijk van politieke instituties functioneren
- De mate waarin media-inhoud bepaald wordt door nieuwswaarden als negativiteit en conflict en gedreven wordt door de noodzaak om een groot publiek aan te spreken
- De mate waarin politici hun percepties en gedrag aanpassen aan de (informele) regels die nieuwsmedia opleggen
