Hoofdstuk 8: geheugenwerking Flashcards
Serotine
Neurotransmitter
Heeft invloed op alles wat met depressie en angsten te maken heeft
Depressies en angststoornissen
Dopamine
Neurotransmitter
Heeft invloed op alles wat met psychoses te maken heeft.
Psychosen en drugs
Noradrenaline
Neurotransmitter
Heeft dezelfde functie als adrenaline, maar dan gelegen in de hersenen.
Depressie en PTSD
GABA
Neurotransmitter
Gaat alles regelen dat met angsten te maken heeft.
B-endorphine
Neurotransmitter
Pijnsedatie.
Pseudoherinnering
Een herinnering die niet met de werkelijkheid overeenstemt, maar waarvan de persoon na een tijdje niet meer weet dat het geen echte herinnering is.
Vb. geven van een kleur aan een dier, ookal wist me de kleur niet meer
Antagonist
Vervangmiddel voor een neurotransmitter.
Vb. alcohol, antidepressiva…
Emotionele amnesie
Vormen van amnesie
De werking van het geheugen gaat vanaf een bepaalde hoeveelheid stress dalen.
Enkel fragmenten van de gebeurtenis opslaan
Dissociatieve amnesie
Vormen van amnesie
Een herinnering splitsen en daar bewust niet meer aankunnen.
Amnesie door psychose
Vormen van amnesie
De persoon gaat zich afsluiten van de werkelijkheid, waardoor er niets in het lange-termijn geheugen wordt opgeslagen.
Amnesie door verdringing
Vormen van amnesie
Men kan bewust niet meer aan een herinnering, door de negatieve emoties de ermee gepaard gaan. (Traumatische gebeurtenis).
Verdringing als psychologisch verdedigingsmechanisme