Hoofdstuk 8 5havo Flashcards

1
Q

communisme

A

Stroming binnen het socialisme die het lot van de arbeidersklasse wil verbeteren door middel van een revolutie, die moet leiden tot een klassenloze samenleving en gemeenschappelijk bezit van productiemiddelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

confessionalisme

A

Politieke stroming waarbij het geloof (rooms-katholiek of protestants) uitgangspunt is voor het politieke handelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

conservatisme

A

behoudende politieke stroming die zich keerde tegen de maatschappelijke vernieuwingen van de Franse Revolutie, het liberalisme en het socialisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

constitutionele monarchie

A

Staatsvorm met aan het hoofd een vorst die zijn of haar functie uitoefent op basis van erfrecht, en waarin die macht wordt beperkt door een grondwet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

democratisering

A

de uitbreiding van het kiesrecht over een steeds grotere groep burgers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

eerste feministische golf

A

De feministische beweging in de periode 1840-1920, waarbij feministes streden voor kiesrecht voor vrouwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

emancipatiebeweging

A

Beweging die streeft naar de juridische en sociale gelijkberechtiging van achtergestelde groepen als slaven, vrouwen, arbeiders en religieuze minderheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

feminisme

A

Politieke beweging die zich ten doel stelt de achtergestelde positie van vrouwen te verbeteren, in de eerste plaats via hervorming van het kiesrecht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

kiesrecht

A

Het recht om deel te nemen aan verkiezingen voor bestuurlijke functies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

ministeriële verantwoordelijkheid

A

Staatkundige afspraak dat de ministers slechts aan het parlement verantwoording verschuldigd zijn voor hun eigen politieke handelen en dat van de koning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

politiek liberalisme

A

Politieke stroming die het opneemt voor de vrijheid van het individu tegenover de macht van de staat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

restauratie

A

Herstel van de maatschappelijke en politieke verhoudingen van voor de Franse Revolutie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

schoolstrijd

A

Strijd voor de vrijheid om bijzondere scholen te mogen oprichten en later om het bijzonder onderwijs financieel gelijk te stellen aan het openbaar onderwijs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

sociaaldemocratie

A

De stroming binnen het socialisme die langs parlementaire weg opkomt voor de arbeidsklasse

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

sociale kwestie

A

Het vraagstuk van de slechte werk en leefomstandigheden van de arbeiders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

socialisme

A

Politieke stroming die opkomt voor de arbeidersklasse, hetzij door een revolutie, hetzij door te streven naar kiesrecht uitbreiding en hervormingen langs parlementaire weg

17
Q

vakbond

A

Organisatie van arbeiders die samen strijden voor betere arbeidsomstandigheden en meer loon

18
Q

verzuiling

A

Een maatschappelijke en politieke situatie waarin katholieken, protestanten, socialisten en liberalen zich hebben teruggetrokken in hun eigen organisaties en waarin alleen de leiders van deze organisaties nog onderling contact hebben

19
Q

vrijheid van onderwijs

A

Het recht van burgers om scholen op te richten

20
Q

vrijheid van vereniging en vergadering

A

Het recht van burgers om zich te organiseren