Hoofdstuk 7 Flashcards

1
Q

Welke twee unieke eigenschappen hebben Vector Tools?

A
  • resolutieonafhankelijk (bij schalen verliest het geen scherpte)
  • objectgeorienteerd (Achteraf kunnen de vormen nog geselecteerd worden verplaatst of geschaald.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke drie tekenmodi onderscheiden we?

A
  • Shape (Vorm)
  • Path (pad
  • Pixels (pixels) (destructief)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe maakt u rechte paden?

A

Door niet te slepen maar op de ankerpunten te klikken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn richtingslijnen?

A

Als je gebogen lijnen tekent, ontstaan er vanzelf richtingslijnen bij de kromming van de lijn. Met deze richtingslijnen kan er bepaald worden hoe sterk de kromming is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe voegt u ankerpunten toe en hoe verwijdert u ze weer?

A

Met het gereedschap add ancher point of delete anchorpoint

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat houdt de magnetische optie van de Free form tool in?

A

Deze werkt als magnetische lasso tool en is handig bij het overtrekken van een vorm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe zet u een hoekpunt om in een curvepunt?

A

Met het gereedschap convert point of Optionkey indrukt houden, vervolgens:

  • Als je een hoe wilt omzetten naar een curve sleep dan uit het ankerpunt
  • Als je een curve wilt veranderen in een hoekpunt, klik dan op het ankerpunt,
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Noem de vormgereedschappen

A
  • Rectangle
  • Rounded rectangle
  • Ellips
  • Polygon
  • Line (via optiebalk kunnen er arrowheads aan toegevoegd worden)
  • Custom Shape
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het verschil tussen een letterfamilie, een font en een fontstijl?

A
  • Lettertypefamilie (fontfamilie): Lettertypes met een vergelijkbare stijl maar met verschillende stijlkenmerken. Voorbeeld Arial
  • Lettertype (font) Meervoud lettertypes of lettertypen. Hiermee wordt een specifieke set letters en cijfers bedoeld met gemeenschappelijke kenmerken, inclusief stijlkenmerken zoals cursief, bold enz. Voorbeeld Arial Bold
  • Letterype stijl (font style) Een variatie op een bepaald lettertype in een lettertypefamilie. VB standaard (regular), vet (bold), cursief (italic) en vetcursief (Bold italic)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn schreven?

A

zijn dunne dwarsstreepjes die aan het uiteinde van de verticale en horizontale pootjes uitsteken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Noem drie manieren om een tekst te plaatsen?

A

tekstgereedschap

  • vanuit een bepaald punt, (bij een paar woorden)
  • slepen om zo een zetspiegel te maken, voor een alinea
  • de tekst op een pad zetten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat gebeurt er als een teksblok of een tekstpad vol is?

A
  • Verschijnt er een plusje
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is anti-aliasing bij letters en welke gradatie kennen we daarbij?

A

dan lijken de bogen in de letters vloeiender omdat de pixels aan de randen grijs worden.
opties:
- None, geen antialiasing
- Sharp, weergave zo scherp mogelijk
- Crisp, weergave vrij scherp, letterbeeld zo getrouw mogelijk.
- Strong, weergave vrij zwaar
- Smooth weergave vloeiend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is Leading (interlinie)

A
  • de verticale ruimte tussen de tekstlijnen is de regelafstand. Deze wordt gemeten vanaf de basislijn tot aan de basislijn van de regel erboven.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Leg het verschil uit tussen tracking (tekstspatiering) en Kerning (tekenspatiering)

A
  • Kerning: Hiermee wordt de afstand tussen twee specifieke letters aangepast.
  • Tracking: De afstand tussen de letters van een blok tekst.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Noem drie manieren van uitlijnen

A
  • left align
  • center
  • right align
17
Q

Noem vier manieren van uitvullen

A
  • justify last left
  • justify last centered
  • justify last right
  • justify all
18
Q

Wat is het verschil tussen Type>Create Work Path en Type> Convert to Shape

A
  • bij create work path blijft de originele tekstlaag intact

- bij convert to shape kunnen de lettertekens niet meer bewerkt worden.

19
Q

Wat is het deelvenster paden?

A

Dit is de vectortegenhanger van het kanalen venster.

20
Q

Wat gebeurt er met de opdracht >rasterize type layer

A

De laag wordt opgezet in pixels