Hoofdstuk 4 Flashcards

1
Q

Noem de drie groepen selectiegereedschappen

A
  • Rechthoek/Ovaal
  • Lasso’s
  • Automatische selecties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe selecteren we een perfect vierkant of een cirkel vanuit het midden van de beoogde selectie?

A
  • perfect vierkant -> Shift

- vanuit het midden -> Option/Alt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe kunnen we tegelijkertijd slepen en kopieren?

A
  • Tijdens het slepen de alt toets ingedrukt houden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Noem de drie manieren om selecties met elkaar te conbineren

A
  • Shift toets ingedrukt houden bij het selecteren van een nieuwe selectie. De selectie wordt opgeteld.
  • De option toets ingedrukt houden bij het selecteren. Er wordt dan een deel uit de selectie genomen.
  • Option en Shift ingedrukt houden bij het selecteren van een nieuwe selectie. De selecties worden dan van elkaar afgetrokken.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het verschil tussen Anti-Alias en Feather?

A

Anti-Alias is het optisch nabootsen van gedeeltelijke pixels door middel van grijswaarden, terwijl Feathering de randen onscherp maakt met een instelbare doezelwaarde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe schakelen we naar het “Quick Mask” Snelmasker

A
  • Select >Edit in Quick Mask
  • Shift Q
  • Onder de toolbar staat het symbooltje voor het snelmasker
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Noem de drie lassovormen

A
  • Lasso (Kunnen selecties uit de vrije hand gemaakt worden)
  • Polygonal Lasso (Voor een muis, er worden rechte lijnen gemaakt)
  • Magnetic Lasso (Kijkt naar het omliggende pixels en verschil in contrast)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe kunt u een lassopad afsluiten?

A
  • Dubbelklikken
  • Enter
  • Afsluiten met een rechte lijn? Alt/Option ingedrukt houden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het verschil tussen de Toverstaf en de “Quick Selection” (Snelle selectie)

A
  • De toverstaf selecteert pixels met een vooraf ingestelde omvang in helderheid, die al dan niet op elkaar aansluiten, afhankelijk van de instelling. De “quick selection” zoekt naar contrasten in de buurt van de cursor, op basis van diens grootte.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat stellen we bij “Color Range” (Kleurbereik) in met “Fuzziness” (Overeenkomst)?

A
  • Het toonbereik, het verhogen van dit getal zal ook meer tinten selecteren.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Kunnen we een selectie maken met “Refine Edge” (hoeken verfijnen)?

A
  • Er moet al een selectiebestaan om dit te kunnen gebruiken. Hoeken verfijnen gebruik je telkens nadat een selectie gemaakt is.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe maken we van een “Background layer” (Achtergrondlaag) een gewone laag en andersom?

A
  • dubbelklikken of rechtsklikken

- Layer > New> Backgroundlayer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke 4 manieren zijn er om een laag op slot te zetten?

A
  • Transparantie vergrendelen
  • Pixels vergrendelen
  • Positie vergrendelen
  • Alles vergrendelen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Kunnen we Lagen, Selecties en Objecten ook vanuit het ene naar het andere document verplaatsen zonder het eerst te kopieren?

A

Door beide documenten zichtbaar te maken.

Wanneer er gesleept wordt met de shifttoets aan dan zal de laag op dezelfde plek in het document terecht komen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waar komt een laag die we uit een ander document slepen, altijd terecht?

A

boven de actieve laag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat gebeurt er met bestanden die vanuit de Finder/Verkenner naar het documentvenster gesleept worden?

A

wordt het boven de actieve laag geplaatst en standaard als slim object

17
Q

Hoe kunnen we lagen selecteren als ze niet aangrenzen in het lagenvenster?

A

Door cmd ingedrukt te houden tijdens het selecteren

18
Q

Wat is het verschil tussen verdelen en uitlijnen van lagen, en hoe doen we dit?

A

Met Layer>Align en Layer>Distribute
Uitlijnen gebeurt aan de hand van een denkbeeldige lijn.
Verdelen wordt de tussenruimte gelijk verdeeld.

19
Q

Wat is het verschil tussen de instellingen “Opacity” (Dekking) en “Fill” (Vulling) in het lagenvenster?

A
  • De dekking van een laag bepaalt in welke mate de laag transparant is ten opzichte van de daaronder liggende laag.
  • De vulling heeft alleen invloed op het geplaatste beeld, en niet op de laageffecten, zoals de veelgebruikte slagschaduw.
20
Q

Noem een aantal effecten die tot de laagstijlen behoren.

A
  • Drop shadow
  • Inner shadow
  • Outer, Inner Glow
  • Bevel and Emboss
  • Satin
  • Color, gradient, pattern overlay
  • Strook
21
Q

Wat zijn “Smart Objects” (Slimme objecten)

A

Zijn bestanden die geleend worden. zg. Placeholders. De bewerkingen worden niet op het origineel uitgevoerd. Het actieve bestand onthoudt alleen de bewerkingen die we uitvoeren, en op het moment van uitvoer wordt het smart object gerenderd.

22
Q

Wat kunnen we doen met Smart objects

A
  • Schalen, schuintrekken, vervormen, roteren, verdraaien of perspectief wijzigen zonder de pixels van de laag zelf aan te te tasten.
  • vectorillustraties bewerken zonder dat die naar pixels omgezet worden.
  • smart filters toepassen
  • een smart object bewerken en daarmee alle gekoppelde bestanden tegelijk wijzigen.
23
Q

Welke drie eigenschappen van een laagsamenstelling kunt u vastleggen

A
  • Zichtbaarheid (oogje aan/uit)
  • de positie van de laag in de afbeelding
  • Toegepaste laagstijl en overvloeimodus
24
Q

Wat betekent een geel driehoekje achter ene laagsamenstelling?

A

-Soms kan een laagsamenstelling niet meer volledig worden gereproduceerd. Bijvoorbeeld wanneer er een laag gewist is. Klik op het driehoekje om maatregelen te nemen.

25
Q

Op welke manier kunnen we smartobjects maken.

A
  • Uit de finder direct in het actieve bestand slepen.
  • Openen als Smart object File >open as smart object
  • Openen als File>place
  • plaatsen van gegevens uit Illustrator door slepen of copy paste
  • Omzetten in het lagenvenster Layer>smart object
26
Q

Wat kunnen we niet met smartobjects?

A

Bewerkingen die pixels rechtsteeks verandern, zoals schilderen, tekenen, klonen, doordrukken en tegenhouden. Dus alle retoucheer- en schildergereedschappen.

27
Q

Wat is het palet laagsamenstellingen (layer comps)?

A

Het geeft de mogelijkheid een aantal varianten in de compositie van de lagen te onthouden en daarmee een aantal ontwerpen of op elkaar volgende schermen in een document te verenigen.

28
Q

Wat zijn laagstijlen fx?

A

Laagstijlen zijn werkzaam op basis van de transparantie van de actieve laag. Ze kunnen zowel de randen als de inhoud van een selectie bewerken, zonder daarbij de pixels aan te tasten.