Hoofdstuk 6: structuur van de Belgische politie Flashcards

1
Q

Subsidiariteitsbeginsel

A

De lokale politie treedt op als eerstelijnspolitiezorg (basispolitiezorg) en de federale politie treedt op als tweedelijnspolitezorg (gespecialiseerd)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

7 functionaliteiten van lokale politie

A
  1. Wijkwerking
  2. Onthaal
  3. Interventie
  4. Politionele slachtofferbejegening
  5. Onderzoek en opsporing
  6. Openbare ordehandhaving
  7. Verkeersveiligheid

Soms ook taken van federale aard

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Leiding

A

Hiërarchie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Gezag

A

Verantwoordelijk voor het beleid

De hoogste bevoegdheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Leiding op lokaal niveau

A

Korpchef

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Gezag op lokaal niveau

A
  • Eéngemeente: burgemeester of PdK & OR
  • Meergemeente: politiecollege (alle burgemeesters) of PdK & OR
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Beheer op lokaal niveau

A
  • Eéngemeente: politieraad (= gemeenteraad)
  • Meergemeente: politieraad (= afgevaardigden van de verschillende gemeenteraden)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Beheer op federaal niveau

A

Parlement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Gezag op federaal niveau

A

MvBiZa en MvJ

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Leiding op federaal niveau

A

CG

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly