Hoofdstuk 5: de geschiedenis van het Belgische politiebestel Flashcards
Politiestaat
- Censuur staat centraal
- Staatsveiligheid als een politiedienst
- Sterk gecentraliseerd
- Sterke discipline
- Weinig controle vanuit justitie
Administratieve politie
- Alles taken dat met openbare orde te maken heeft en het voorkomen van criminaliteit
- Onder leiding van de uitvoerende macht (Minister van Politie)
Gerechtelijke politie
- Opsporen bij overtredingen
- Onder bevoegdheid van MvJ
Surèté
Een politiedienst dat gebruikt wordt als geheim wapen van de regering
= staatsveiligheid (maar als politiedienst)
Zachte informatie
Staatsveiligheid
Beschikbare informatie, dat niet persé te linken is aan een misdrijf
Politiediensten in de Franse periode
1774-1815
- Gendarmerie nationale
- Police municipale
- Garde nationale
- (Surèté)
Politiediensten in de Nederlandse periode
1815-1830
- Maréchaussee
- Lokale politie = gemeente en stedelijke politie
- Garde Bourgeoisie (burgerwacht)
Gemeentelijke autonomie
Lokale politie
De burgemeester wordt gekozen door het volk en krijgt zijn eigen politie
Koning benoemd
Inspecteur generaal
Rijkswacht 1914-1940
Interne inspectie bij de gendarmerie
Geen populaire job
BOB
Rijkswacht 1945 - 1959
Bijzondere bewakings- en opsporingsbrigades
Gerechtelijke informatiegaring
Demilitariseren
Los maken van het leger
Alle bevoegdheid komt bij 1 persoon terecht
Vijfhoekoverleg
Pinksterplan 1
Overleg tussen de bestuurlijke en gerechtelijke overheden: burgemeester, PdK; rijkdwacht, gemeentepolitie en gerechtelijke politie
Veiligheidscontracten
Men gaat geld geven aan de gemeenten (BiZa), indien ze zich inzetten voor specifieke projecten.
Preventie