hoofdstuk 5.4 Flashcards

1
Q

Koloniale migranten

A

Migrant die verhuist uit de oude kolonie naar het land waar ze vroeger kolonie van waren.
Gebeurde veel tussen de jaren 50 en 70.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer groeit het aantal arbeidsmigranten?

A

als de economie snel groeit en er veel vraag naar arbeid is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Gastarbeiders

A

De eerste groep arbeidsmigranten,
Iemand die tijdelijk naar een ander land komt om daar te werken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waar kwamen gastarbeiders aanvankelijk vandaan?

A

uit de arme landbouwgebieden van:
Spanje, Portugal, Italië, Griekenland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waarom keerden gastarbeiders uit Zuid- Europese landen vanaf de jaren 1950 terug naar het herkomst land?

A

Door toenemende welvaart nam de emigratie vanuit Zuid-Europese landen vanaf de jaren 1960 af en keerden veel gastarbeiders via retourmigratie terug.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Gevolg afname arbeidsmigratie vanuit Zuid-Europa

A

Dit leidde tot een sterke toename van de arbeidsmigratie uit:
Marokko, Algerije, Tunesië en Turkije

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Tweede groep arbeidsmigranten naar West-Europa

A

Deze kwamen na de val van de Berlijnse muur 1989: uit Oost-Europa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Derde groep arbeidsmigranten naar West-Europa

A

Hoogopgeleide mensen en internationale studenten uit verschillende landen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waar kwam de vluchtelingen piek door in de jaren 90?

A

gevolg van oorlogsgeweld in voormalig Joegoslavië.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waar kwam de vluchtelingen piek door sinds 2015?

A

gevolg van oorlogsgeweld in het Midden-Oosten en Afrika.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is het gevolg van dat het voor vluchtelingen steeds moeilijker is om asiel aan te vragen?

A

Gedwongen hulp van smokkelaars om de grenzen over te kunnen steken; vaak via gammele boten op zee.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

De afspraken waar alle EU lidstaten zich aan proberen te houden

A

opvang zo dicht mogelijk bij het vertrekgebied

aanpakken mensensmokkel

de migrantenstroom beperken door informatie via internet en sociale media

lidstaten moeten vluchtelingen - - — opnemen op basis van bevolkingsomvang en welvaart

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waarom zijn de afspraken gemaakt?

A

Omdat overheden verschillend denken over de opvang van vluchtelingen en de komst van arbeidsmigranten van buiten de EU.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

De drie groepen Europese landen die verschillend naar migranten kijken

A

Grenslanden
Voormalige Oostbloklanden
Noordwest-Europese landen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Grenslanden

A

de eerste aankomstlanden vangen veel vluchtelingen op en willen dat vluchtelingen eerlijker verdeeld worden .

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Voormalig Oostbloklanden

A

willen de grenzen grotendeels sluiten, grotendeels door grote onbekendheid met buitenlanders.

17
Q

Voormalig Oostbloklanden

A

Neemt relatief grote aantallen vluchtelingen op