Hoofdstuk 5: thanatologie Flashcards
Vitale fase
Ante-mortem
Je blijft vitale kenmerke tonen. Het lichaam blijft pogingen ondernemen om het letset te herstellen.
Is afwezig bij letsels die na de dood zijn ontstaan.
Somatische dood
Hersenstamdood
Agonale fase
Sterfproces
Desintegratieproces
Afsterven van de cellen nadat de persoon overlijdt
Supravitale fase
De fase tussen de somatische dood en de cellulaire dood
Veranderingen ten gevolgen van intbinding, beginnen zich dan voor te doen
Klinische dood
Iemand die geen waarneembare tekenen van leven vertoont
De spontane ademhaling en hartwerking is hier stilgevallen
Schijndood
Alle vitale functies zijn verminderd en niet meer uitwendig waarneembaar
Hypostase
Door de zwaartekracht verplaatst het vloeibaar bloed zich en stapelt het zich op in de lagere gebieden van het lichaam
Vibices
Lijkvlekbloedingen. Het zijn postmortale bloedingen, meestal ter grootte van een speldenknop en beperkt tot de gebieden waar lijkvlekken aanwezig zijn.
Regel van Nysten
Lijfstijfheid begint van boven naar onder en van centraal naar perifeer.
Cataleptische rigor
Sommige spiergroepen slaan de fase van spierverslapping over en gaan direct naar lijkstijfheid. Dit treedt op na heftige spiercontracties.
! Beperkt tot de bovenste ledenmaten
Soorten ontbinding
- Putrefactie: rotting
- Mummificatie
- Adipocire
Groene abdominale rottingsvlek
Rotting
Is het eerste teken van rotten en ontstaat na 36-48 uur. Het begint bij de buik en verspreidt zich dan over het lichaam.
In de tweede fase kleurt deze donkerbruin of zwart
Epidermolyse
Rotting
Opperhuid komt los
Rottingsflycteen
Rotting
Rottingsblaren, de huid komt los en vult zich met gas/vloeistof