Hoofdstuk 5 Flashcards

1
Q

Opening van het klein bekken

A

Apertura pelvis: gevormd door promontorium, pecten ossis pubis, linea arcuata en crista pubica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is linea terminalis?

A

Pecten ossis pubis, linea arcuata en crista pubica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Bekkenuitgang

A

Diamantvormig: tuber ischiadicum, onderkant symphysis pubis en coccyx

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Gewrichtsvlak op acetabulum

A

Facies lunata

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Centraal in acetabulum

A

Fossa acetabuli

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Plaats waar heupbot contact maakt met sacrum

A

Facies sacropelvina

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Sleuf onderaan ramus superior ossis pubis

A

Sulcus obturatorius

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Verschil vrouwelijk en mannelijk bekken

A

Rondere vorm, minder naar mediaal uitstekende spinae ischiadicae, hoek van 90 graden ipv 50

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

2 delen van os ilium

A

Corpus ossis ilii en ala ossis ilii

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Andere naam voor lig pubicum inferius

A

Lig acruatum pubicum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Functie m. piriformis en m. obturatorius internus

A

Exorotatie bij extensie, abductie bij flexie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

3 of 4 fibreuze banden tussen rectus abdominis

A

intersectiones tendineae

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Kleine spier die vanaf de pubis de linea alba aanspant

A

M. pyramidalis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke structuren gaan door foramen ischiadicum maius infrapiriforme

A

N. gluteus inferior, a. en v. glutea inferior, n. ischiadicus, n. pudendus, a. en v. pudenda interna, n. cutaneus posterior femoris, zenuwen voor m. obt int en m. quadratus femoris

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Bezeuwing m. levator ani

A

S2 tot S4

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Bezenuwing m. coccygeus

A

taksjes S4 en S5

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Posterieure deel, waar geen diaphragma urogenitalis is

A

Fossa ischioanalis of ischiorectalis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat zijn aponeurosen

A

Plat uitlopende pezen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Bezenuwing buikspieren en huid

A

T5 tot L1

20
Q

Bezenuwing navel

A

T10

21
Q

Bezenuwing lies, scrotum of schaamlippen

A

L1

22
Q

Bezenuwing m. rectus abdominis

A

Anterieure takken T7-T12

23
Q

Bezenuwing m. obliquus externus abdominis

A

Voorste takken T7-T12

24
Q

Bezenuwing m. obliquues internus abdominis

A

Voorste takken T7-T12 + L1

25
Q

Functie m. iliopsoas

A

Heupflexie (+ exorotatie)

26
Q

Bezenuwing m. iliacus

A

L2-L4: n. femoralis

27
Q

Bezenuwing m. psoas maior

A

Takken van de plexus lumbalis: L1-L3

28
Q

M. quadratus lumborum

A

Bezenuwing: anterieure zenuwtakken van spinale zenuwen T12-L4, functie: buiging van de romp

29
Q

Wat voor gewricht is er tussen het sacrum en os coxae

A

Synoviaal: articulatio sacroiliaca

30
Q

Vanwaar takt de a. epigastrica inferior af?

A

A. iliaca externa

31
Q

Latijnse naam Cooper’s ligament?

A

Lig. pectineale

32
Q

Vezels tussen crus mediale en laterale?

A

Fibrae intercrucales

33
Q

Beschrijf de binnenkant van os ilium

A

Facies sacropelvina: facies auricularis en tuberositas iliaca, fossa iliaca

34
Q

Bezenuwing m. piriformis

A

L5-S2

35
Q

Bezenuwing m. levator ani

A

S2-S4

36
Q

Funcite m. levator ani

A

Vormen van bekkenbodem, fecale continentie bevorderen (door veroorzaken van een hoek tussen rectum en anus), vaginale constrictor bij de vrouw

37
Q

Bezenuwing diaphragma urogenitalis

A

N. pudendus

38
Q

Wat is er in de perineale ruimte

A

Spieren die de urethra doen sluiten

39
Q

Wat loopt er in de vagina m. recti abdominis

A

A. epigastrica inferior (die aftakt van de a. iliaca externa)

40
Q

In welke takken splitst L1

A

N. iliohypogastricus, n. ilioinguinalis

41
Q

Origo m. iliacus

A

Fossa iliaca

42
Q

Bespreek m. quadratus lumborum

A

origo: labium internum
insertio: rib 12 en proc transversus van L1-L4
Bezenuwing: T12-L4
Funcite: buiging van de romp

43
Q

Insertio m. psoas minor

A

Pecten ossis pubis, eminentia iliopubica

44
Q

Wat loopt er in het lieskanaal

A

Funiculus spermaticus/ligamentum teres, r. genitalis van n. genitofemoralis, deels n. ilioinguinalis

45
Q

Lendendriehoek

A

Trigonum lumbale