Hoofdstuk 4: Een onderzoeksontwerp bepalen Flashcards

1
Q

Onderzoeksmethodologie

A

Het verantwoorden van de ‘wegen waarlangs’ (praktijkgericht onderzoek in de metafoor van een reis) we gaan om antwoorden te vinden op onze vooraf gestelde vragen. Bijvoorbeeld: is mijn onderzoek kwantitatief en/of kwalitatief van aard? Tevens gaan we in op de vraag wat de criteria zijn voor goed onderzoek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Methoden en technieken van onderzoek

A

Uit de gekozen en verantwoorde onderzoeksmethodologie benoemen we hier de methoden en instrumenten ten behoeve van onze dataverzameling. Bijvoorbeeld: het ontwerpen of repliceren van een vragenlijst, een interviewprotocol of een observatiekader. Daarna benoemen we de aanpak van hoe we de data gaan analyseren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Onderzoeksethiek

A

Hier komen ethische vragen aan de orde met betrekking tot onderzoek. Welke rol spelen waarden in onderzoek? Welke vraagstukken mogen/moeten worden onderzocht? Wat moet de rol van de onderzoeker zijn?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Onderzoeksfilosofie

A

Gaat over de ontwikkeling van kennis en de aard van die kennis. De onderzoeksmethodologie die je kiest is mede gebaseerd op de onderzoeksfilosofie van waaruit je vertrekt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Ontologie

A

“zijnsleer” = “een tak van de filosofie die zich bezighoudt met de aard van sociale verschijnselen als eenheden”.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Epistemologie

A

“een tak van de filosofie die de aard van de kennis onderzoekt en die gaat over de vraag wat aanvaardbare kennis is in een bepaald studiegebied”.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Paradigma

A

Het fundamentele wereldbeeld dat ten grondslag ligt aan het onderzoek en dat hier richting aan geeft, niet alleen wat betreft de keuze van de te gebruiken methoden, maar ook op ontologisch en epistemologisch fundamentele manieren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Axiologie

A

Waardenleer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Onderzoeksstartegie

A

Een algemeen plan dat aangeeft hoe de onderzoeker te werk zal gaan bij het beantwoorden van de onderzoeksvragen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Verschillende onderzoeksmethoden

A
  • Het experiment
  • Surveyonderzoek
  • Casestudy
  • Action research
  • Grounded theory
  • Etnografie
  • Archiefonderzoek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Dwarsdoorsnedeonderzoek

A
  • Cross-sectioneel onderzoek
  • Transversaal onderzoek
  • Bestudering van een verschijnsel op een bepaald tijdstip
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Longitudinaal onderzoek

A

Om veranderingen en ontwikkelingen te bestuderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

De keuze van een onderzoeksmethode word bepaald door…

A
  • De onderzoeksvraag en het onderzoeksdoel
  • De hoeveelheid bestaande kennis op dit gebied
  • De hoeveelheid tijd en andere middelen
  • Je eigen filosofische uitgangspunten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Factoren die de validiteit kunnen aantasten

A
o	Geschiedenis
o	Instrumentatie
o	Mortaliteit
o	Maturatie
o	Ambiguïteit omtrent de causale richting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Factoren die de betrouwbaarheid kunnen aantasten

A

o Subject- of deelnemersfout (vb. als deelnemers zich in situaties bevinden die niet in overeenstemming is met hun normale gedragspatronen)
o Subject- of deelnemersvertekening (bias) (vb. onnauwkeurig antwoorden om resultaten te vervormen) (vb. sociale wenselijkheidsbias)
o Waarnemersfout (vb. fout die optreedt als gevolg van vermoeidheid van de observator-onderzoeker)
o Waarnemersbias (vb. als waarnemers onbewust hun eigen ideeën meenemen in de interpretatie van gegevens)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly