Hoofdstuk 4 Flashcards
4 delen van DNA
Adenine, guanine, cytosine, thymine
RNA
Kopie van DNA, enkelstreng, inplaats van thymine heeft het uracil
Fenylketonurie
PKU uphoping van fentylalanine
Proliferatie
Productie van nieuwe cellen
Apoptose
Zelfdoding van neuron
Neurotrofine
Chemische stof die overleving en activiteit van neuronen bevordert
Far transfer
Idee dat als je een ding leert je ook slimmer wordt op een ander gebied
Focal hand dystonia
Aandoening waarbij de ene vinger bewegen niet lukt zonder de andere ook te bewegen of je kan het verschil in vingers niet aanvoelen
Beroerte
Gebrek aan bloedtoevoer naar de hersenen
Ischemie
Vorm van beroerte, obstructie in slagader, neuronen verliezen veel zuurstof en glucose.
Oedeem
Ophoping van vloeistof
Weefselplasminogeenactivator
Behandeling tegen ischemie breekt bloedstolsels af.
Diaschisis
Verminderde activiteit van overlevende neuronen
Overgevoeligheid voor denervatie
Helpt bij compenseren van verminderde input kan resulteren in pijn.