Hoofdstuk 3: bindweefsel

Question 1

3 elementen van bindweefsel

Answer 1

cellen
grondsubstanties
vezels

Question 2

fibroblasten

Answer 2

metabool actief 
afgeplatte cellen 
grote kern 
talrijke uitlopers 
massa RER
goed ontwikkeld Golgi

Question 3

fibrocyten

Answer 3

metabool inactief
duidelijk kleiner
donkere kern
minder uitlopers

Question 4

reticulumcellen

Answer 4

grote cellen met uitlopers die een netwerk vormen
synthetiseert vezelbundeltjes van collageen type III
productie reticulinevezels

Question 5

vetcellen

Answer 5

kleine kern

grote vetvacuole

Question 6

histiocyten

Answer 6

bindweefselmacrofagen

Question 7

mastcellen

Answer 7

grote afgeronde cellen, gekorreld cytoplasma
in groepjes in de wand van kleine bloedvaten, huid,…
brengen mucopolysachariden en vaso-actieve stoffen voort

Question 8

plasmacellen

Answer 8

middelgrote cellen met excentrische kern

bij kleine bloedvaten en na anitgenische stimulatie

Question 9

melanocyten

Answer 9

produceren melaninepigment

langwerpig met veel uitlopers

Question 10

grondsubstantie

Answer 10

extracellulaire vloeistof: vocht dat uit bloedvaten sijpelt
–> eenvoudige samenstelling (water, ionen en kleine opgeloste moleculen)
eigenlijke grondsubstantie: complexe samenstelling (proteoglycanen en glycoproteïnen)

Question 11

vezels

Answer 11

collagene vezels: stevig
- tropocollageen 
- 3 PPK's 
- dwarsstreping bij filamenten
- geen dwarsstreping bij fibrillen 
- niet flexibel 
- collageen type III
elastische vezels: zeer uitrekbaar
- veerkrachtig 
- eiwit elastine 
- macroscopisch geel 
- gemaakt door fibroblasten

Question 12

embryonaal bindweefsel

Answer 12

• mesenchymaal bindweefsel

- muceus bindweefsel