Hoofdstuk 25: elektrische stromen en weerstand Flashcards
wat is stroom + formule
beweging van ladingen +
I = Q/t
hoe gaat de grafiek van I en U
dat is een rechte door de oorsprong
wat betekent dat een materiaal niet-ohms is
wanneer op de grafiek geen rechte lijn door de oorsprong gaat
waar zorgt een grote belasting of grote verbruiker voor + grootste belasting
grote belasting of grote verbruiker = lage weerstand
grootste belasting = 0Ω = kortsluiting
waar zorgt een kleine belasting of kleine verbruiker voor + kleinste belasting
kleine belasting of kleine verbruiker = hoge weerstand
kleinste belasting = ∞Ω = open keten
hoe gaat de stroomzin
van + naar -
wat is de wet van Pouillet + benoem de delen
R = ρ*(l/A)
ρ = soortelijke weerstand
l = lengte van de geleider
A = oppervlakte van de geleider
welke 2 vermogens zijn er + wanneer heb je ze
verbruikt vermogen en geproduceerd vermogen + wanneer het component een verbruiker (W>0) of producent (W<0) is
hoe gaan de elektronen
van lage naar hoge potentiaal
arbeid formule
W = U*I*t
vermogen formule (3)
P = U*I = R*I² = U²/R
wat is de formule van U en I bij wisselstroom + benoem de delen
U(t) = U0 sin(ωt)
I(t) = I0 sin(ωt)
met U0 = piekspanning en I0 = piekstroom
wanneer heb een producent of verbruiker bij weerstand en spanningsbron
een weerstand is altijd een verbruiker
een spanningsbron is een producent als de stroomzin normaal is (+ naar -)
een spanningsbron is een verbruiker als de stroomzin omgekeerd is (- naar +)
wat is een voorbeeld van een spanningsbron die een gebruiker is
batterij opladen
wat is Irms en Urms bij wisselstroom + formule
Irms = I0/√2 = de effectieve waarde van I(t)
Urms = U0/√2 = de effectieve waarde van U(t)