hoofdstuk 2: begrippen Flashcards

1
Q

de bureaucratie

A

de bestuurlijke organisatie ondersteund door veel beroepsambtenaren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

het Byzantijnse Rijk

A

de naam van het Oost-Romeinse Rijk in de middeleeuwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

de centralisatie

A

een bestuurlijke organisatie waarbij het politieke beleid niet centraal wordt bepaald door 1 plaats door 1 persoon of een kleine groep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

de decentralisatie

A

een bestuurlijke organisatie waarbij het politieke beleid niet centraal wordt bepaald

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

de jurist

A

een persoon die gespecialiseerd is in het recht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

het wetboek

A

een verzameling van wetten in een boek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

legimiteren

A

rechtvaardigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

het manuscript

A

een met hand geschreven werk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

de pandemie

A

een besmettelijke ziekte die zich over meerdere continenten verspreidt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

de technologie

A

de praktische toepassing van wetenschappelijke inzichten in een techniekof voorwerp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly