Hoofdstuk 2 Flashcards

1
Q

Wat is een organisatie?

A

zelfstandig geordend geheel van mensen en middelen die processen uitvoeren om een doel te bereiken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is marketingbeleid?

A

Plan met marketingdoelstellingen en hoe je die wilt bereiken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Noem drie organisatievormen.

A
  1. Lijn organisatie; 2. lijn-staforganisatie; 3. projectorganisatie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is hiërarchisch?

A
  1. Op volgorde van rang; 2. Structuur waarbij de een de baas is van de ander.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een lijnorganisatie?

A

organisatie waarbij duidelijk is wie de baas is over de ander en waarbij iedere medewerker één leidinggevende heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een lijn-staforganisatie?

A

lijnorganisatie waarbij op een hoger niveau algemene taken aan aparte functionarissen zijn gegeven bijv. personeelszaken; automatisering.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een projectorganisatie?

A

organisatievorm waarin werk op basis van projecten is georganiseerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een formele organisatie?

A

taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden zijn vastgelegd. .

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een informele organisatie ?

A

hoe gaan medewerkers om met formele afspraken en regels.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke vragen stel je bij het bepalen van het werkterrein? (Business definition)

A

Wat doe ik hoe voor wie?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waar staat SMART voor?

A

Specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch, tijdgebonden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de missie?

A

beschrijving van waar de onderneming voor staat, de bestaansvraag, de waarden, normen en omgangsvormen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is een mission statement?

A

Formele omschrijving van de missie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de visie?

A

Formulering wat de organisatie wil bereiken?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de core business?

A

Kernactiviteiten van de organisatie (NS: vervoer reizigers en goederen per trein)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de kernwaarden?

A

Basisprincipes van de organisatie (prettige werkomstandigheden personeel; milieu niet schaden, leveranciers worden netjes behandeld)

17
Q

Wat is een USP?

A

Unique selling point of unique selling proposition: eigenschap waarmee organisatie of product zich onderscheidt van de concurrentie. (Vormgeving bij Apple)