Hoofdstuk 2 Flashcards
Wat is de scheiding der machten? Wat?
Verdeling van het staatsgezag over verschillende instellingen. Rechterlijke, wetgevende en uitvoerende macht
Wat is de scheiding der machten? Wie oefent in België die machten uit?
Rechterlijke: rechtbank en hoven van beroep (spreken van recht)
Wetgevende: parlement en koning (vaardigen van algemene regels)
Uitvoerende: koning en zijn regering (algemene regels in praktijk uitvoeren)
Wat is de scheiding der machten? Wat is het belang hiervan?
Machtsmisbruik tegengaan. Alle machten gaan elkaar gaan controleren en beperken
Hoe is België gestructureerd? België:
4 Taalgebieden (Vlaams, Waals, Duits en tweetalig-Brussel)
3 gemeenschappen (Vlaamse, Franse, Duitse)
3 gewesten (Vlaams, Waals, Brussel hoofdstedelijk)
10 provincies
589 gemeenten
Hoe is België gestructureerd? Met welke beleidsniveaus:
Europa: Gemeenschappelijke markt, economische en monetaire unie (EMU), gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid, samenwerking inzake justitie en binnenlandse zaken
Federaal: Institutionele, economische, financiële en sociale eenheid; openbare veiligheid
Gemeenschappen: Cultuur taalgebruik, persoonsgebonden aangelegenheden (bv onderwijs, welzijn, jeugdbeleid)
Gewesten: Territorium gebonden aangelegenheden (bv ruimtelijke ordening, landbouw, milieu)
Provinciaal: Provinciaal belang (bv bevordering toerisme, beheer provinciale bossen)
Gemeentelijk: Gemeentelijk belang (bv onderhandhaving, gemeentelijke financiën)