hoofdstuk 1, paragraaf 1 Flashcards
hoe hoger de (1), hoe kleiner de (2)
- prijs
- gevraagde hoeveelheid
wat is de wet van de vraag?
als iets duurder is, wil je er minder van kopen.
hoe ontstaan de individuele vraag?
consumenten die producten vragen, bedenken telkens hoeveel ze van iets willen kopen nadat ze weten hoe duur het is
wat is de betalingsbereidheid?
de maximale prijs die een consument wil betalen voor één product bij een gegeven aantal
wat is het consumentensurplus?
het verschil tussen de betalingsbereidheid en de daadwerkelijke prijs
hoe reken je het consumentensurplus uit?
betalingsbereidheid per eenheid - prijs per eenheid (bij elkaar optellen bij een extra stuk)
wat is de discrete vraag?
de gevraagde aantallen zijn een geheel product
wat zijn substitueerbare producten?
de producten hebben hetzelfde doel
wat zijn complementaire producten?
de producten vullen elkaar aan
wat zijn exogene factoren?
de vraag naar producten wordt beïnvloed door omstandigheden waar je geen invloed op hebt