Hoofdstuk 1 Deel 1 Flashcards

1
Q

Wat zijn de vijf perspectieven/veranderingen die er zijn in een informatiesamenleving volgens Webster?

A
  1. Technologische veranderingen
  2. Economische veranderingen
  3. Beroepsmatige veranderingen
  4. Ruimtelijke veranderingen
  5. Culturele veranderingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zal veranderen op economisch vlak volgens Machlup?

A

Ontstaan van informatie industrieën zoals onderwijs, recht, uitgeverijen, media, en computer productie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zal veranderen op economisch vlak volgens Porat?

A

Opdeling in:

  1. Primaire sectoren: waar economische waarde van informatie duidelijk is Bv. massamedia, reclame, educatie
  2. Secundaire sectoren: waar infomationele activiteiten belangrijk zijn, maar geen rechtstreekse impact hebben op de economie Bv. Research and development
  3. Niet informationele sectoren: waar op geen enkele manier informationele activiteiten worden uitgevoerd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn twee problemen met economische veranderingen?

A
  1. Accuraatheid van meting

2. Gelijkstellen van uiteenlopende economische activiteiten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat verandert er op beroepsmatig vlak?

A

We evolueren naar een samenleving met white collar jobs (bureaujobs, kenniswerk), van een samenleving met blue collar jobs (handenarbeid)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat verandert op ruimtelijk vlak volgens Castells?

A

Sociologische veranderingen:

Information of flows en space flows (verschillende stromen worden losgekoppeld van fysieke plaats)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat verandert op ruimtelijk vlak volgens Van Dijck?

A

Sociale face to face netwerken worden vervangen door gedigitaliseerde netwerken of vullen ze aan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een informatiesamenleving?

A

Een samenleving waarin door technologie en digitalisering van technologie we alsmaar meer toegang zijn gaan krijgen tot informatie, we meer informatie uitwisselen en zelf bewust of onbewust meer kennis zijn gaan creeëren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de drie waves volgens Toffler?

A
  1. Agrarische revolutie
  2. Industriële revolutie
  3. Informatierevolutie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wie zijn de techno pessimisten?

A

Nieuwe technologieën zorgen voor de dood van de oude technologieën, tradities,…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wie zijn de techno optimisten?

A

Nieuwe technologieën zorgen voor vooruitgang, we moeten het omaramen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is pragmatisch optimisme?

A

Omarmen van technologische veranderingen, maar begrijpen dat technologie een verstorend effect kan hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wie is de minister van innovatie?

A

Philippe Muyters

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wie is de Eurocommisaris?

A

Mariya Gabriels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wie is verantwoordelijk voor de implementatie van de lokale Europese Digitale Agenda?

A

Alexander De Croo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de zeven concrete doelstellingen van de Digitale Agenda?

A
  1. Een Europese digitale markt
  2. Standaardisering ICT-applicaties
  3. Veiligheid
  4. Breedbandinternet
  5. Onderzoek en innovatie (Internet of things)
  6. Verbetering intenrtvaardigheden
  7. Inzet ICT voor oplossingen op gebied van maatschappelijke uitdagingen
17
Q

Wat is secondary news?

A

We selecteren niet meer zelf ons nieuws, maar consumeren het nieuws dat online gedeeld wordt door vrienden,…

18
Q

Wat is een experience economy?

A

We betalen minder voor een product op zich, maar meer voor de ervaring (Bv. Niet voor CD betalen, maar wel om naar concert te gaan)