Hoofdstuk 1 Begrippen Flashcards

1
Q

Composiet

A

Mix van materialen om betere materiaaleigenschappen te krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Dichtheid

A

Massa van een stof of materiaal per eenheid van volume

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Elektrische geleidbaarheid

A

Mate waarin stoffen en materialen elektriciteit geleiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Fase

A

Toestand waarin een stof zich bevind: vast, vloeibaar en gasvormig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Grondstoffen

A

Stoffen die nodig zijn om synthetische materialen te maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hernieuwbare grondstof

A

Een grondstof die niet opraakt, meestal van biologische oorsprong

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hydrofiel

A

Waterabsorberend / oplosbaar in water

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hydrofoob

A

Waterafstotend / niet oplosbaar in water

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Kookpunt

A

Temperatuur waarbij een stof kookt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Kunststof

A

Synthetisch materiaal dat (voornamelijk) uit aardolie wordt gesynthetiseerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Materiaaleigenschappen

A

Eigenschappen van een materiaal zoals hardheid,dichtheid en elektrische geleidbaarheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Oplosbaarheid

A

Mate waarin stoffen oplossen in een vloeistof, meestal water

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Natuurlijke materialen

A

Materialen van natuurlijke oorsprong zoals been hout en steen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Smeltpunt

A

Temperatuur waarbij een stof smelt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Stofeigenschappen

A

Eigenschappen van een zuivere stof, zoals dichtheid, kookpunt en smeltpunt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Synthetische materialen

A

Materialen die je met chemische processen uit de grondstoffen moet maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Warmtegeleidbaar

A

Mate waarin stoffen en materialen warmte geleiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Deeltjesmodel

A

De theorie die ervan uitgaat dat alle stoffen zijn opgebouwd uit een bepaald type moleculen die samen de eigenschappen van de stof bepalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Macroniveau

A

Het niveau waarop je kunt waarnemen

20
Q

Microniveau

A

Het niveau van moleculen

21
Q

Model

A

Een vereenvoudigd weergave van de werkelijkheid

22
Q

Molecuul

A

De kleinste deeltjes waaruit (moleculaire) stoffen bestaan

23
Q

Emulsie

A

Troebel mengsel van 2 vloeistoffen

24
Q

Gasmengsel

A

Homogeen mengsel van gassen

25
Q

Heterogeen mengsel

A

In een heterogeen mengsel komen grote groepen semengeklonterde moleculen voor

26
Q

Homogeen mengsel

A

Een homogeen mengsel bevat uitsluitend losse moleculen

27
Q

Kooktraject

A

Temperatuurgebied waarin een mengsel kookt

28
Q

Mengsel

A

In een mengsel zijn meerdere zuivere stoffen gemengd en komen dus meerdere soorten moleculen voor

29
Q

Nevel

A

Vloeistof in gas

30
Q

Oplosmiddel

A

De vloeistof in een oplossing

31
Q

Oplossing

A

Een helder mengsel

32
Q

Rook

A

Vast in gas

33
Q

Samenstelling

A

De samenstelling in een mengsel geeft aan in welke verhoudingen stoffen in dat mengsel voorkomen

34
Q

Smelttraject

A

Tempratuurgebied waarin een mengsel smelt

35
Q

Suspensie

A

Troebel mengsel van een vaste stof en vloeistof

36
Q

Zuivere stof

A

Stof die op microniveau een soort moleculen bevat

37
Q

Adhesie

A

Aanhechtingsvormogen van een stof aan een adsorptiemiddel

38
Q

Adsorbtiemiddel

A

Vaste stof waaraan een stof kan adsorberen

39
Q

Afschenken

A

Het voorzichtig overschenken van een vloeistof zonder dat de vaste deeltjes meekomen

40
Q

Destillaat

A

Vloeistof die wordt opgevangen na destillatie

41
Q

Extractiemiddel

A

Dit is de vloeistof waarin een stof uit een mengsel kan worden opgelost bij extractie

42
Q

Filtraat

A

Oplossing of vloeistof die door het filter is gegaan bij een filtratieproces

43
Q

Residu

A

Gedeelte van het mengsel dat in het vilten achterblijft na filtratie of dat achterblijft bij destilatie

44
Q

Scheidingsmethode

A

Manier waarop je stoffen van elkaar kunt scheiden

45
Q

Schuim

A

Gas in vloeistof