HC.5 en ZO.2 en 3 Flashcards

Centrale organisatie evenwicht, reuk/smaak en trigeminus systeem

1
Q

Welke info wordt in het laterale deel van de vestibulaire kernen verwerkt?

A

translaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke info wordt in het mediale en superiore deel van de vestibulaire kernen verwerkt?

A

rotaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar gaat de informatie van het laterale deel van de hersenstam naar toe?

A
  • motor neuronen extremiteiten
  • cerebellum
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waar gaat de informatie van het mediale deel van de hersenstam naar toe?

A
  • motor neuronen nek
  • oogspieren
  • thalamus –> vestibulaire schors
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn kenmerken van het laterale vestibulospinale tract?

A
  • info uit otolieten
  • ipsilateraal
  • benen passen aan aan bewegingen van hoofd
  • geeft excitatie aan extensoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn kenmerken van het mediale vestibulospinale tract?

A
  • info uit kanalen
  • naar cervicale segmenten middels mediale longitudinale fasciculus
  • zorgt ervoor dat je je hoofd kan stabiliseren
  • vooral ipsilateraal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke spieren zorgen ervoor dat ogen naar links/rechts kunnen?

A

lateraal/mediaal rectus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke spieren zorgen ervoor dat ogen naar boven/beneden kunnen?

A

superior/inferior rectus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke spieren zorgen ervoor dat ogen kunnen draaien?

A

superior/inferior obliques

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat gebeurt er met je ogen als je rechtsom gaat draaien met je hoofd?

A
  • excitatie rechterkanaal: m. rectus lateralis li en m. rectus medialis re
  • inhibitie linkerkanaal: m. rectus medialis li en m. rectus lateralis re
  • dus ogen gaan naar links
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe verlopen vestibulaire projecties naar het cerebellum?

A
  • horizontale kanalen –> vestibulaire kernen
  • vanuit vestibulaire kernen via mossy fibers naar cerebellum
  • vanuit vestibulaire kernen via motor neuronen naar oog
  • via oog naar oliva inferior naar cerebellum via climbing fibers
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de functie van het cerebellum?

A

kalibratiesysteem
- bij uitval 1 kant zorgt deze ervoor dat je niet het gevoel hebt dat je draait na een paar weken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de functie van de vestibulaire cortex?

A

ruimtelijke oriëntatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waarvoor zorgt centrale verwerking van vestibulaire informatie?

A
  • perceptie
  • stabilisatie blikrichting
  • houdingsregulatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke smaak geeft de n.9 door?

A

bitter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke smaak geeft de n.7 door?

17
Q

Wat is een labeled line code?

A

codering van een bepaalde smaak blijft ook in hogere centra behouden

18
Q

Waaruit bestaat het trigeminus systeem?

A
  • nucleus motorius
  • nucleus sensibilis princeps
  • nucleus mesencephalicus
  • nucleus spinalis
19
Q

Welke 3 takken komen samen in het ganglion trigeminale?

A

V1. n. ophthalmicus
V2. n. maxillaris
V3. n. mandibularis

20
Q

In welk deel van het ruggenmerg gaat de nucleus spinalis over?

A

dorsale hoorn ruggenmerg

21
Q

Wat is de functie van de nucleus princeps?

A

fijne tast en aanraking in het aangezicht. Hoog discriminatief bij lippen en mondholte

22
Q

Hoe heten de twee kernen met secundaire sensibele neuronen, voor fijne tast en aanraking uit het lichaam?

A
  • nucleus cuneatus: uit armen en nek
  • nucleus gracilis: uit benen en romp
23
Q

Wat is de functie van het caudale deel van de nucleus spinalis?

A

vitale sensibiliteit

24
Q

Wat zijn kenmerken van C vezels?

A

ongemyeliniseerd
lage geleidingssnelheid
langzaam, zeurende pijn

25
Wat zijn kenmerken van Adelta vezels?
gemyeliniseerd hoge geleidingssnelheid snelle, prikkelende pijn
26
Wat is de functie van de nucleus motorius?
innerveert kauwspieren
27
Wat is de functie van de nucleus mesencephalicus?
reguleren van kracht proprioceptie kineasthesie