HC.2 en ZO.2, 3, 4 en 5

Question 1

Wat is de prikkelbaarheid?

Answer 1

maat voor de neiging van zenuwcellen om actiepotentialen te genereren

Question 2

Wat is de link tussen epilepsie en prikkelbaarheid?

Answer 2

bij sommige zenuwcellen is de prikkelbaarheid abnormaal hoog bij epilepsie
- het wordt te makkelijk om actiepotentialen te genereren

Question 3

Hoe ontstaat abnormale prikkelbaarheid?

Answer 3

• epileptische neuronen
• epileptische neuronale netwerken

Question 4

Welke factoren bepalen de prikkelbaarheid van een neuron?

Answer 4

• ionconcentraties
• ionkanalen
• synaptische inputs

Question 5

Wat creëert een potentiaalverschil?

Answer 5

concentratieverschil en een semipermeabel membraan

Question 6

Wat is de Nernstvergelijking?

Answer 6

Ex = RT/zF * log(concentratie buiten/concentratie binnen)

Question 7

Wat is log(10)?

Answer 7

1

Question 8

Wat is log(1)?

Answer 8

0

Question 9

Wat is log(0.1)?

Answer 9

-1

Question 10

Wat is log(0.01)?

Answer 10

-2

Question 11

Wat doet de natrium/kalium pomp?

Answer 11

3 natrium uit de cel
2 kalium in de cel
hydrolyse van 1 ATP

Question 12

Wat genereert de natrium/kalium pomp?

Answer 12

• Ek is negatief door hoge kaliumconcentratie binnen
• Ena is positief door hoge natriumconcentratie buiten
• dit maakt actiepotentialen mogelijk

Question 13

Wat is de Goldman vergelijkingen?

Answer 13

membraanpotentiaal bij meerdere ionen

Question 14

Welk principe kan uit de Goldman vergelijking gehaald worden?

Answer 14

hoe groter de permeabiliteit voor een ion, des te dichter ligt de membraanpotentiaal bij de evenwichtspotentiaal van dat ion

Question 15

Waardoor ontstaat de actiepotentiaal?

Answer 15

kortdurende toename van de geleidbaarheid van de membraan voor natrium, Vm gaat richting Ena. Daarna is er een toename van de geleidbaarheid van kalium, waardoor Vm terugkeert richting Ek

Question 16

Wat zijn eigenschappen van spanningsafhankelijke ionkanalen?

Answer 16

• selectiviteit
• conductantie
• activatie, deactivatie en evt inactivatie

Question 17

Welke wet geldt er voor spanningsafhankelijke ionkanalen?

Answer 17

i = gk*(Vm-Ek)

Question 18

Wat zijn de oorzaken van de refractaire periode?

Answer 18

• Na-kanalen moeten herstellen van de inactivatie
• K-kanalen staan nog open

Question 19

Wat doe je met de Voltage Clamp methode?

Answer 19

meet de stroom die nodig is om een bepaalde membraanpotentiaal aan een cel op te leggen

Question 20

Wat gebeurt er bij een toenemende depolarisatie met natrium?

Answer 20

• natriumconductantie neemt toe
• natriumstroom neemt eerst toe, en bij verdere depolarisatie juist af door afname van de drijvende kracht

Question 21

Wat is een Todd’se parese?

Answer 21

na de aanval voorbijgaande uitvalsverschijnselen hebben

Question 22

Wat zijn oorzaken voor een symptomatische epileptische aanval?

Answer 22

CVA, RIP, metabool en littekenweefsel na contusio cerebri

Question 23

Welke hersenbeschadigingen kunnen tot jaren later nog tot een epileptische aanval leiden?

Answer 23

contusio cerebri
langdurig bewusteloos
subduraal hematoom

Question 24

Waardoor ontstaat een Todd’se parese?

Answer 24

hersenen zijn op die plaats tijdelijk uitgeput

Question 25

Wat zijn de symptomen van tubereuze sclerose?

Answer 25

ontwikkelingsachterstand
epilepsie
gedragsproblemen
tumoren in hersenen
witte vlekken op lichaam
rode bultjes op gezicht
knobbels onder nagels
hartafwijkingen
cysten in longen
tumoren in nieren

Question 26

Wat voor soort mutatie geeft tubereuze sclerose?

Answer 26

loss of function

Question 27

Wat is een status epilepticus?

Answer 27

> 30 min in epileptische aanval verkeren of tussen 2 aanvallen door niet bij bewustzijn terug keren

Question 28

Wat is de indeling van status epilepticus?

Answer 28

1. Bekende oorzaak:
   - Acuut (bijvoorbeeld beroerte, encephalitis, intoxicatie etc, koorts, onttrekking)
   - Laat ( bijvoorbeeld posttraumatisch, post encephalitisch, post stroke etc)
   - Progressief (bijvoorbeeld hersentumor, dementieen, ziekte van Lafora etc)
   - Status epilepticus in bekend electroklinisch syndroom (bijvoorbeeld Otahara, Dravet, Panayiotopoulos)
2. Onbekende oorzaak (idiopathisch of cryptogeen)

Question 29

Wat zijn de lange termijn complicaties van een status epilepticus?

Answer 29

• hydrocephalus
• gehoorproblemen
• epilepsie
• focale neurologische afwijkingen
• encefalopathie