HC.2 - Concepten lichaamssamenstelling Flashcards

1
Q

Waar wordt vet opgeslagen? (3)

A
  1. subcutaan
  2. intermusculair
  3. abdominal and thoracic cavity
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is nonessential fat? Waar wordt het opgeslagen?

A

nonessential fat= adipose tissue= storage fat. Wordt voornamelijk subbutaan opgeslagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke methoden zijn er voor het meten van lichaamssamenstelling? (4)

A
  1. huidplooidiktemeting
  2. circumference measures (WHR, heup/taille ratio)
  3. Bioelectric impedance
  4. Imaging techniques (DEXA, CT, MRI)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat geldt voor upper body fat cells? (male/android fat cells)

A

ze zijn meer insuline resistent

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat geldt voor lower body fat cells? (female/gynoid fat)

A

ze zijn meer gevoelig voor insuline en meer resistent tegen lipolytische stimuli

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is bioelectrical impedance analyse? Wat meet het?

A

indirecte methode gebaseerd op de elektrische geleiding van een wisselstroom door het lichaam. Weefsels met veel water en elektrolyten, zoals bloed en spieren geleiden stroom goed. Vetmassa, lucht of bot geleiden nauwelijks stroom. Het meet de Fat Free Mass

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat houdt DEXA in?

A

Dual Emission X-ray Absorptiometry, bepaald de absolute hoeveelheid vet, niet visceraal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly