HC1: darmmotoriek en secretie Flashcards

1
Q

Wat is de functie van het spijsverteringskanaal?

A
  • motoriek
  • secretie (van water, spijsverteringsenzymen)
  • digestie (vertering)
  • resorptie (in de dunne darm)
  • productie faecces
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waaruit bestaat het duodenum?

A
  • mucosa (epitheellaag: slijmvlies & lamina propria & lamina muscularis mucosae)
  • submucosa
  • muscularis externa
  • serosa
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waaruit bestaat het duodenum?

A
  • mucosa (epitheellaag: slijmvlies & lamina propria & lamina muscularis mucosae)
  • submucosa
  • muscularis externa
  • serosa (zitten vaten in)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Op welke twee manieren kan calcium bij gladde spiercellen de cellen binnen komen?

A

1) Spanningsafhankelijke calcium kanalen (die opengaan als cel depolariseerd)
2) Via intracellulaire stores

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het verschil tussen Ca2+ vrij laten komen in het sacroplasma van glad spierweefsel en dwarsgestreept spierweefsel?

A

1) er is een agonist (bijv. noradrenaline) die bindt aan de receptor
2) Die activeerd een G-eiwit complex –> phospholipase C wordt geactiveerd
3) Hierdoor splitst PIP2
4) de 2 second messengers worden geactiveerd: DAG en IP3
5) IP3 bindt aan een Ca2+ kanaal (aan IP3 receptor) in het sarcoplasmatisch reticulum
6) Ca2+ stroom van sarcoplasmatisch reticulum naar het sarcoplasma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waar is een darmvlok (villus) uit opgebouwd?

A

Darmepitheel - darmvlok (villus) - microvillus
- veel bloedvaten
- delende cellen
Gespecialiseerde cellen:
- cel van Paneth (ontstaan direct uit delende cellen)
- crypte van Lieberkuhn cellen (maken darmsap)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de overeenkomst van een contractie van een gladde spiercel en een dwarsgestreepte spiercel?

A

overeenkomst:
- actine en myosine kunnen tov elkaar bewegen waardoor het verkort
- Ca2+ is nodig voor contractie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het verschil in de contractie van een gladde spier cel en een dwarsgestreepte spiercel?

A
  • calmodulin bindt 4 calcium ionen –> activatie calmodulin
  • geactiveerde calmodulin gaat op MLCK (myosin light chain kinase) zitten en activeert het
  • MLCK fosforyleerd de myosine waardoor myosine actief wordt
  • cyclus wordt doorlopen –> contractie vind plaats
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat innerveerd de gladde spiercellen?/ Welke typen innervatie zijn er?

A

Het autonome zenuwstelsel

  • Multiunit: 1 uitloper innerveerd 1/enkele cellen
  • Unitary: 1 uitloper innerveerd meerdere cellen (mbv gapjunctions)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke type innervatie vinden we terug in de gladde spiercellen van het spijsverteringskanaal?

A

unitary (1 uitloper innerveerd meerdere cellen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn slow waves?

A

Wekken de perastaltiek op. Ze hebben pacemakers activiteit

1) spanningsafhankelijke Ca2+ kanalen open
2) actipotentiaal spike
3) Ca2+ concentratie wordt hoger
4) Ca2+ afhankelijke chloride kanalen open
5) repolarisatie: Ca2+ kanalen sluiten (allemaal langzaam)
6) Ca2+ concentratie daalt (omdat Ca2+ weer het sarcoplasmatisch reticulum in gepompt wordt)
7) depolarisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de plexus entericus?

A

Heel veel neuronen die in de darmwand liggen + zorgen voor de coördinatie van complexe activiteit (sluiten van kleppen bijv)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waar liggen twee plexus’ in de darmwand?

A

Darmwand is goed geinnerveerd:
plexus van Auerbach/ plexus myentericus –> ligt minder diep (bestuurd secretie)

Plexus van Meissner/ plexus submucosus –> ligt tussen beide spierlagen (bestuurd spieractiviteit)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de peristaltiek?

A

Knijpende beweging van een buisvormig orgaan die ervoor zorgt dat de inhoud ervan vooruitkomt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Door welke zenuw wordt de peristaltiek gecoördineerd?

A

door de n. vagus (geeft acethyl choline af) (de sphincter aan het einde van de oesophagus gaat alleen open staan als vagus dat aangeeft)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe werkt de peristaltiek?

A

Aan de proximale kant contractiegolf van circulaire spieren en distaal vd bolus (voedsel) vindt er relaxatie plaats

15
Q

Wat doen circulaire spierlagen en lengtespieren?

A

circulaire spierlagen: Duwen voedselbrij voort doordat ze ritmisch aan- en ontspannen

lengte spieren: maken oesophagus korter –> transport over afstand gaat sneller

16
Q

Wat doen de mechanoreceptoren?

A

Die worden geprikkeld en zorgenn ervoor dat de lengtespieren voor de voedselbrij samentrekken + de kringspieren achter de voedselbrij samentrekken