HC 4.2 (ik heb hem niet geordend. Flashcards
Pollendiagram
Diagram op basis van percentages pollen per periode.
subboreaal: pollen
weegbree groeit graag op belopen grond, een van de eerste aanwijzingen voor grote menselijke activiteit in onze gebieden. ook graan komt op
Paleogeografie: 9000 v. Chr.
9000 v. Chr (begin holoceen) was nederland eigenlijk nog 1 grote dekzandvlakte.
Paleogeografie: 3850 v.Chr
Veel groter verschil hoog en laag. Veen komt op.
paleogeografie: 6000 v.chr.
vanaf 6000 voor christus stijgt de zeespiegel veel langzamer. daarna blijft alleen glacio-istocasie over. Dit zorgt voor daling van het aardoppervlak in NL. ook wordt er meer materiaal aangevoerd dan kan worden weggehaald door de zee
Glacio istocasie
Schommelingen in de hoogte van het oppervlakte van verschillende gebieden (op globaal niveau). Dit wordt veroorzaakt door de het gewicht en grootte van ijskappen en gletsjers
zandbanken
Worden hoger en hoger tot ze niet meer worden overspoeld tijdens de vloed. Dan is het een strandwal.
Tussen 2 strandwallen: strandvlakte.
De oudste strandwallen liggen het verst landinwaards.
Kwelders
Hoge kwelders zijn aantrekkelijk voor bewoning.
Kwelders zetten klei af.
wat zetten kreken af?
zand
Wat gebeurt er als kwelders niet meer actief zijn?
de kreken zijn dan hoger. want klei zakt in
Veen: eigenschappen
Komen voor achter/tussen strandwallen.
Voedselrijk en voedselarm veen