HC 4 week 1 Flashcards
Waar is de uiteindelijke ECG uit opgebouwd?
In het geleidingssysteem van het hart worden verschillende soorten cellen achtereenvolgens geactiveerd, die geven allemaal actiepotentialen en de resultante van al die grafieken vormt de uiteindelijke ECG.
Hebben verschillende cellen dezelfde soort actiepotentiaal?
Nee, cellen in de SA knoop hebben andere soort actiepotentialen dan bijvoorbeeld cellen in de purkinje vezels.
Hoe ziet de actiepotentiaal van een zenuwcel of skeletspiercel er uit?
Het heeft een karakteristieke piek, en daarna een refractaire periode.
Hoe ziet de actiepotentiaal van een ventriculaire of atriale hartspiercel er uit?
Het heeft ook die piek, maar de depolarisatie tijd duurt veel langer.
Hoe ziet de actiepotentiaal van een pacemaker cel eruit?
De piek ontbreekt, maar je ziet wel de verbrede depolarisatie golf zie je wel.
Hoe ontstaat er spontaan weer een nieuwe actiepotentiaal in de pacemaker cellen?
In rust is de membraanpotentiaal niet stabiel, hij loopt langzaam op. Waardoor op een gegeven moment weer de drempelwaarde bereikt wordt en er een nieuwe actiepotentiaal ontstaat.
Wat is bepalend voor het soort actiepotentiaal dat ontstaat?
- De tijdsduur van de actiepotentiaal.
- Hoe hoog en hoe stabiel/oplopend de rust membraanpotentiaal is.
- Het soort ionkanalen, wanneer gaan die kanalen open en dicht en de snelheid van activatie.
Hoe ontstaat een actiepotentiaal in een zenuw cel of skeletspiercel?
Depolarisatie (calcium de cel in) –> De natrium kanalen gaan plotseling kortstondig open –> Natrium stroomt de cel in, waardoor de membraanpotentiaal van negatief naar positief gaat –> nu ligt de membraanpotentiaal opeens ver van de evenwichtspotentiaal van Kalium, waardoor Kalium naar buiten stroomt –> repolarosatie
Wat houdt een refractaire periode in?
De natrium kanalen zijn geïnactiveerd, waardoor ze niet in staat zijn om een nieuwe prikkel op te vangen.
Hoe ontstaat een actiepotentiaal in een ventriculaire hartspiercel?
Depolarisatie (boven bepaalde drempel) –> Natrium kanalen gaan open –> Enorme influx van natrium –> natrium kanalen inactiveren –> Kalium gaat naar buiten –> Calcium kanalen openen zich –> zorgt voor verbreding van de actiepotentiaal.
Hoe komt het dat de calcium stroom langer gehandhaafd blijft dan de natrium stroom?
Natrium kanalen inactiveren (sluiten) veel sneller en makkelijker dan de calcium kanalen dat doen.
Hoe zijn kanaaleiwitten opgebouwd in het membraan? (Natrium)
De alfa subunit, wat het kanaal is waardoor de ionen gaan, bestaat uit 4 groepjes van 6 alfahelixen die door het celmembraan heen gaan. Die alfahelixen vouwen zich op die manier om een centrale holte, waardoor het ionkanaal ontstaat.
Hoe zijn die groepjes van 6 alfahelixen geordend?
Er zitten 5 alfahelixen om 1 centrale heen. Die in het midden is de voltagesensor. Die ‘voelt’ wat de membraanpotentiaal is. In die middelste alfahelix (S4) zit de positieve lading.
Waar bevindt zich de S4 helix?
In het midden van een groepje van 6. Daarnaast kan hij alfhankelijk van de membraanpotentiaal, meer naar binnen of buiten liggen. Als in rust de membraanpotentiaal negatief is aan de binnenkant, ligt de S4 helix naar binnen.
Wat gebeurt er als er bij een bepaalde voltage/drempelwaarde voor natrium kanalen?
Door de verandering in membraanpotentiaal, zijn de S4 helixen naar buiten getrokken, net als de andere 5 helixen. Hierdoor ‘staat’ het kanaal open en kan natrium naar binnen worden gehaald.