HC 3 - Epigenetica en kanker Flashcards

1
Q

Wat is epigenetica?

A

Overerven van genen van de ene cel op de andere cel (specifiek van cellen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is MDS?

A
  • Klonale ziekte van hemopoietische stamcel
  • Falen van beenmerg, dysplastisch
  • Kan overgaan in AML
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is er aan de hand met MDS?

A

De methylering is gestoord, hierdoor wordt er te veel DAN gemethyleerd en wordt er een gen uitgezet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de therapie bij een lage IPSS-R?

A

supportive care, infecties behandelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de therapie bij een hoge IPSS-R?

A

Chemo, SCT
>70 -> pallietief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke medicatie is vernieuwend geweest?

A

5-AZACYTIDINE

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe komt de verschillende expressie van cellen?

A
  • Verschillende genen staan aan en uit
  • Histonen spelen een rol in het aan en uit zetten van genen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke 2 vormen van epigenetische regulatie ken je?

A
  1. DNA methylering
  2. Histon-modificatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe staat met DNA methylering een gen aan of uit?

A

Aan: open chromatine door histonacetylering
Uit: gesloten chromatide door methylering DNA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe gaat de methylering van DNA?

A
  • Methylering van cytosine op plaats 5 van de ringstructuur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zorgt voor de methylering van DNA?

A

DNA methyltransferases

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is hypermethylatie?

A

Vaak bij kanker: bepaalde genen zijn uitgezet die niet uit mogen staan -> dysplasie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Op welke C vindt methylatie plaats

A

Alleen op de C waar een G na komt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is er aan de hand bij MDS qua methylering?

A

CG is gemethyleerd, door het samenplakken van chromatiden, dit kan leiden tot een inactivatie van een tumorsuppressor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke 2 vormen van methylering zijn er?

A
  1. Novo methylering
  2. Maintaince methylering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is novo methylering?

A

methylering van CG’s (nieuw)

17
Q

Wat is maintaince methylering?

A

Houdt methylering in stand na celdeling, dit zorgt er dus voor dat de streng aan de andere zijde gemethyleerd wordt. Herkent de gemethyleerde zijde aan de kant waar een kopie van wordt gemaakt.

18
Q

Wat doet 5-AZACYTIDINE precies?

A

Dit is een cytidine homoloog dat niet kan worden gemethyleerd, dit veroorzaakt competitie tussen cytidine en 5-aza, als 5-aza de overhand krijgt, aanzetten genexpressie

19
Q

Wat is het nadeel van 5-aza?

A

zet genen aan die uit horen