HC. 13 farmacologie Flashcards
Wat is polyfarmacie?
Dit is het gebruik van meerdere geneesmiddelen tegelijk. Dit is meestal bij oudere mensen omdat ze meer ziektebeelden hebben.
Wat betekent farmacologie?
Geneesmiddelenleer.
Wat is farmacon?
Dit is het werkzame stof in het geneesmiddel.
Farmacokinetiek
Dit houdt zich bezig met wat het lichaam doet met het geneesmiddel.
Wat is het proces van farmacokinetiek?
- Absorptie: vanuit toedieningsplaats naar de bloedbaan
- Distributie: De verdeling van de stof in lichaam.
- Metabolisme: Omzetting van het geneesmiddel
- Eliminatie: excretie van het stof.
Farmacodynamiek
Houdt zich bezig met wat het geneesmiddel doet met het lichaam.
Wat houdt farmacotherapie in?
Dit is de behandeling van ziekten met geneesmiddelen. Het gaat om de juiste middel met de juiste dosering.
Wat is het 6-STEP behandelplan?
- Probleem patiënt vaststellen
- Het doel van de behandeling.
- Behandelingsmogelijkheid.
- Kies een behandeling gericht op patiënt.
- Definitieve behandeling en info geven aan patiënt
- Plan maken voor controle en vervolg.
Stap 2: doel behandeling. Hierbij zijn een paar redenen.
- causaal/curatief: ziekte wegnemen (oorzaak)
- symptomatisch: De symptomen behandelen.
- preventief: verergering van klacht voorkomen.
- substitutie: een tekort aanvullen zoals insuline
- palliatief: laatste fase van leven vergemakkelijken.
Wat is contra-indicatie?
Bij stap 4 wordt gekeken naar welke medicijn geschikt is. Bij contra-indicatie maakt het medicijn de situatie erger.
Hoe komt de naam van een geneesmiddel tot stand?
Ze hebben een generieke naam (stofnaam) en een merknaam. Voor recept schrijven gebruiken we generieke naam.
Wat doet AVP?
Avp wordt gemaakt in hypothalamus en afgeven aan neurohypofyse via bloed. Hierdoor gaat AVP waterretentie doen in nieren en vasoconstrictie van kleine aderen. Hierdoor is er minder filtratie en stijgt de bloeddruk.
Wat gebeurt bij diabetes insipidus?
Dit is gebrek aan AVP, veroorzaakt door hypothalamus of hypofyse. Als gevolg stijgt osmolariteit van vocht gaat verloren. Symptomen zijn polyurie(veel urine) en polydipsie (veel dorst)
Wat zijn de 3 doelorganen van insuline?
spier, lever en vetweefsel
Wat is het verschil tussen diabetes mellitus type 1 en 2?
Type 1 wordt veroorzaakt doordat insuline-producerende cellen kapot gaan door auto-immuunziekte. Type 2 maakt insuline aan maar reageert er niet op.