Hart + perifere circulatie Flashcards
Inspectie (patiënt ligt plat)
Thorax
1. afwijkende thoraxbouw (om symmetrie thorax te beoordelen: vanaf voeteneinde).
2. littekens.
Handen **zowel li als re onderzoeken
3. trommelstokvingers + horlogeglasnagels.
4. Oedeem **zowel li als re onderzoeken
● pitting / non-pitting
● beide onderbenen beoordelen
● niet op malleoli
- “Geen gestuwde halsvenen, geen precordiale pulsaties en een symmetrische thorax zonder
afwijkingen.” - “Geen thoracale littekens.”
- “Ik zie geen trommelstokvingers en geen horlogeglasnagels, dus geen tekenen van
chronische hypoxie.” - “Er is geen sprake van (pitting/non-pitting) oedeem bij beide onderbenen”.
Palpatie en percussie (patiënt ligt plat)
1. Thrills (voel rond het hart of er thrills voelbaar zijn, meerdere lokalisaties)
● precordium
● uitstroomtraject grote vaten
2. Ictus (leg je hand op de 5e ICR links en voel de ictus cordis, preciezer met je vingertoppen)
● beoordeling in (uitgetelde) 5e icr
● beoordeling van breedte + kracht + positie t.o.v. MCL.
3. Hartgrens (percuteer 5e ICR lateraal → mediaal)
● in (uitgetelde) 5e icr
● percussie vanaf lateraal (flank) naar mediaal
● benoem positie t.o.v. MCL
- “Geen thrills voelbaar’’.
- “Ictus ligt binnen MCL op 5e ICR links, hij is niet heffend, niet verbreed.”
- “Linker hartgrens ligt binnen MCL.”
Auscultatie (patiënt ligt plat)
1. Punt van Erb (membraan: 3e ICR links)
● in (uitgetelde) 3e icr
● beoordeling polsdeficit
● benoem harttonen, evt. splijting of extra tonen
● wel/geen pericardwrijven
2. Uitstroomrichtingen (membraan: 2e ICR rechts (aortaklep), 2e ICR links (pulmonalis), 4e ICR links
(tricuspidalis) en apex cordis 5e ICR links (mitralis). Kelk: 4e ICR links (tricuspidalis) en apex cordis
5e ICR links (mitralis)
● 4 correct aangewezen en benoemde uitstroomrichtingen
3. Specifieke houdingen + gebruik membraan/kelk
● rug: 4e icr + apex (kelk)
● li zij: uitstroom mitralis (i.i.g. met de kelk)
● voorovergebogen: 2e icr li + re (membraan)
- “Regulair en equaal ritme, normale tonen, geen extra tonen, fysiologische splijting v/d 2e
toon, geen souffles.” “Geen pericardwrijven.” - “Geen souffles, geen pericardwrijven.”
- “Geen souffles, geen pericardwrijven.”
Vaatboom (patiënt ligt plat)
1. Capillary refill
● 5 sec nagelbed/sternum indrukken
● hardop sec tellen
● juiste interpretatie (cr < 3 sec)
2. Beoordeling doorgankelijkheid carotiden **zowel li als re onderzoeken
● eerst ausculteren, dan palperen
3. Auscultatie abdominale aorta (eerst palperen door met je vingertoppen van twee handen
omlaag te drukken)
● boven navel
4. Inspectie op trofische stoornissen
● kleur huis, beharing onderbenen
● wondjes
● temp voeten
5. Beoordeling doorgankelijkheid aa. femoralis **zowel li als re onderzoeken
● palpatie + auscultatie
● bdz
6. Palpatie aa. dorsalis pedis en aa. tib. post. **zowel li als re onderzoeken
● beide aa bdz
● juist benoemd op goede locatie
- “Herstelt zich binnen 3 sec, dus de capillary refill is niet vertraagd.”
- “Normale pulsaties zonder souffles.”
- “Normale pulsaties.’’
- “Geen koude, geen ontkleurde extremiteit. Geen atrofie (blanche) v/d huid. Geen
ulcusvorming/centrale necrose. Geen varices. Geen hyperpigmentatie v/d huid. Geen
verandert beharingspatroon v/d benen.”