handelsrecht Flashcards

1
Q

wat zijn kooplieden

A

kooplieden zijn zij die daden uitoefenen, bij de wet daden van koophandel genoemd en daarvan, hoofdzakelijk of aanvullend, hun gewoon beroep maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

daden van koophandel

A

daden met een handelskarakter en daden die handelskarakters krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

daden met een handelskarakter

A

objectieve daden (iets aankopen om dan te verkopen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

daden die het handelskarakter krijgen

A

subjectieve daden (iets aankopen om niet te verkopen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

in eigen naam en voor eigen rekening + op regelmatige basis

A

uitoefenen van daden van koophandel, hun gewoon beroep kunnen maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

natuurlijk persoon

A

-mens van vlees en bloed
-identiteit
-afstamming
-geboorteplaats en -datum
-tijdstip, geslacht en nationaliteit
-handelaar moet 18 jaar zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

rechtspersoon

A

-organisatie
-verplichtingen aangaan
-vermogen opbouwen
-aansprakelijk worden gesteld
-handelaar moet in een vennootschap zitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

besloten vennootschap

A

-klein of middelgroot bedrijf
-een of meer personen
-rechtspersoon
-eigen vermogen
-besloten vennootschap (op naam)
-beperkt aansprakelijk
-statuten bij notariële akte
-geen minimumvereiste voor kapitaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

naamloze vennootschap

A

-grote ondernemingen en kmo’s
-veel kapitaal nodig
-kapitaalsinbreng van de aandeelhouders
-onderneming is volledig gescheiden van de aandeelhouders
-notariële akte
-min. 61.500 euro

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

coöperatieve vennootschap

A

-minimaal 3 oprichters
-beperkte aansprakelijkheid (enkel voor de inbreng)
-enige rechtsvorm die aanvraag voor een erkenning als sociale onderneming toelaat
-dubbele erkenning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

vennootschap onder firma

A

-geen minimumkapitaal
-gebonden aan het lot van de vennoten
-weinig formaliteiten
-hoofdelijk en onbeperkt aansprakelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

commanditaire vennootschap

A

-werkende en stille vennoten
-gecommanditeerde vennoten = nemen deel aan het bestuur + vermogen onbeperkt en hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden en verliezen van de vennootschap
-commanditaire vennoten = geldschieters + geen inspraak +aansprakelijk op zijn inbreng
-geen minimumkapitaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

maatschap

A

-zonder rechtspersoonlijkheid
-twee of meer personen die middelen bundelen van eventuele directe of indirecte winsten
-onbeperkt aansprakelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

vereniging zonder winstoogmerk

A

-natuurlijke- of rechtspersonen die een belangeloos doel nastreven (min twee personen)
-geen vermogensvoordeel
-eigen rechtspersoonlijkheid
-zelf rechten en plichten
-beperkte aansprakelijkheid
-geen inbreng van startkapitaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

internationale vereniging zonder winstoogmerk

A

-natuurlijk- of rechtspersonen die een belangeloos doel nastreven
-zetel moet in belgië gevestigd zijn
-koninklijk besluit
-geen enkel materieel voordeel ontvangen min. 2 personen
-zo ja min 3 personen
-eigen rechten en plichten
-beperkt aansprakelijk
-twee organen: algemene vergadering en het bestuursorgaan (bepalen de vorm, samenstelling, werkwijze en de bevoegdheden van het bestuursorgaan)
-geen kapitaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

marktpraktijken en consumentenbescherming

A

regelt relaties tussen ondernemingen en consumenten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

marktpraktijken en consumentenbescherming betreffende beoefenaars van een vrij beroep

A

regelt relaties tussen de beoefenaars van een vrij beroep en consumenten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

dubbele doelstelling

A

-eerlijke concurrentie in de commerciële en professionele relaties vrijwaren
-de consumentenbescherming verzekeren en erover waken dat hij voldoende en adequate informatie krijgt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

bewijsvoering (burgerlijk recht)

A

-aktes (authentieke en onderhandse)
-bewijs door getuigen (uitzonderlijke gevallen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

bewijsvoering (handelsrecht)

A

-alle middelen van handelsrecht (getuigen en vermoedens ook aanvaard)
-schriftelijke vermoedens (gewone en aangetekende brieven, fax en e-mail, facturen, handelsboeken (boekhouding))

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

procedure bij faillissement (stap 1)

A

1) aangifte van faillissement (via het centraal register Solvalibiteit
-ondernemingsrechtbank spreekt het faillissement uit
-vonnis stelt een curator en een rechter-commissaris aan
-alle betalingen worden stopgezet
-schuldeisers hebben 30 dagen om een overzicht op te stellen
-curator zet proces-verbaal opzetten
-periode van verificatie tussen de 5 en 30 dagen
-gefailleerde verliest alle beheer over de goederen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

procedure bij faillissement (stap 2)

A

-curator neemt beheer over (onder toezicht van rechter-commissaris) en krijgt taken
-vonnis bekendmaken in het Belgisch Staatsblad + in 2 regionale kranten
-alle goederen beschrijven (boedelbeschrijving)
-openstaande vorderingen worden ingeleverd
-verliest het volledige beheer over de firma maar behoudt de rechten en plichten

23
Q

procedure bij faillissement (stap 3)

A

-curator legt rekening voor
-alle koopwaar + onroerende goederen verkocht
-verdeeld over schuldeisers (evenredig)
-sluitingsvonnis van de rechter

24
Q

werkloos als zelfstandigen

A

-geen recht op werkloosheidsuitkering (inlichtingen inwinnen bij RVA of werkloosheidsdienst van uw vakbond)
-beroep doen op het overbruggingsrecht (via sociale verzekeringsfonds)

25
Q

werkloosheidsuitkering

A

gewerkt in loondienst voordat u werkloos werd

26
Q

overbruggingsrecht voor zelfstandigen

A

enige tijd recht op ziekteverzekering en kinderbijslag

27
Q

3 voorwaarden om zich in staat van faillissement te bevinden

A

-handelaar, natuurlijk persoon of handelsvennootschap
-stoppen met betalen
-geen krediet meer

28
Q

wie kan aangifte doen

A

-handelaar zelf
-vordering door schuldeiser(s), openbaar ministerie, curator

29
Q

waar moet de aangifte gebeuren

A
  • waar: centraal register solvabilliteit
    -tijd: binnen de maand na stopzetting activiteiten en betalingen
30
Q

wat is de opschortingstermijn die de rechtbank krijgt

A

termijn: 15 dagen
reden: aanvraag gerechtelijk akkoord

31
Q

welke documenten moet de handelaar toevoegen

A

-balans
-boekhouding, inventaris, jaarrekeningen
-personeelsregister
-lijst van klanten en leveranciers

32
Q

oorzkaen van het faillissement

A

-wanbeheer/ fraude
-gebrek economische kennis
-gebrek management kennis/ ongeschikte leiderschapsstijl
-zwak ondernemingsplan
-wanbetaling klanten
-faillissement klanten
-gebrek vakkennis
-ongunstig ondernemersklimaat
-gebrek startersbegeleiding
-onvoldoende startkapitaal

33
Q

gerechtelijk akkoord

A

-rand van faillissement
-aan het openbaar ministerie aanvragen
-voorkomen door concentreren op betalingsproblemen

34
Q

wet van contini-uïteit

A

-minnelijk akkoord vooraf (kans op onderhandeling met een bemiddelaar)
-gerechtelijke reorganisatie (plan tot reorganisatie)
-overdracht onder gerechtelijk toezicht (rendabele activiteiten verkocht)

35
Q

rechterlijke macht

A

-Het gerecht behandelt iedereen als gelijke. Er wordt enkel naar feiten gekeken.

-Alle rechtszittingen zijn openbaar.

-De rechter moet telkens een vonnis uitspreken en motiveren.

-Enkel de wetgevende macht kan rechtbanken oprichten.

-De strafbare daden kunnen enkel door wetten worden vastgelegd.

36
Q

hof van cassatie

A

-arresten

37
Q

hof van assisen

A

-arresten
-voor de zwaarste misdrijven
-1 per hoofdplaats van elke provincie (11)
-samenstelling is altijd anders
-vertegenwoordigd door procureur-generaal

38
Q

arbeidshof

A

-arresten
-in beroep gaan
-1 per rechtsgebied
-onderverdeeld in kamer: beroepsmagistraat en sociale raadsheren
-auditoraat-generaal: procureur-generaal, advocaat-generaal (1 of meer), substituten-generaal (een of meer)

39
Q

hof van beroep

A

-arresten
-in beroep gaan
-rechtbanken van de eerste aanleg en ondernemingsrecht
-1 per rechtsgebied (5)
-onderverdeeld in verschillende kamers: burgerlijke kamers, correctionele kamers, kamers voor familie- en jeugdzaken, kamer voor minnelijke zaken
-procureur-generaal, eerste advocaat-generaal (1 of meer), substituten van de procureur-generaal (1 of meer)

40
Q

ondernemingsrechtbank

A

-vonnissen
-1 per rechtsgebied van een hof van beroep (9)
-1 of meer afdelingen
-kamers: beroepsrechter (1), rechters in ondernemingszaken (2)
-procureur-generaal, substituten (1 of meer)

41
Q

arbeidsrechtbank

A

-arbeidersrecht en socialezekerheidsrecht
-kamers: zetelende rechter, rechter bijgestaan door 2 andere rechters
-arbeidsauditeur wordt bijgestaan door een afdelingsauditeur, 1 of meerdere eerste substituut-arbeidsauditeurs

42
Q

rechtbank van eerste aankeg

A

-burgerlijke zaken + strafzaken
-1 per gerechtelijk arrondissement (12)

-Burgerlijke rechtbank: alle zaken die door de wetgever niet uitdrukkelijk zijn toegewezen aan een andere rechtbank

-Correctionele rechtbank: Is bevoegd om te oordelen over alle wanbedrijven, zoals diefstal, aanranding van de eerbaarheid, oplichtingen, enz.

  • Jeugdrechtbank: Behandelt de meeste burgerlijke zaken en strafzaken die minderjarigen aangaan

-Familierechtbank: Is bevoegd om kennis te nemen van alle familiale geschillen (op enkele zeldzame uitzonderingen na)

-Strafuitvoeringsrechtbank: Ziet na een veroordeling toe op de uitvoering van de straf

· Het openbaar ministerie wordt uitgeoefend door de procureur des konings, één of meerdere eerste substituten

· Het openbaar ministerie vervolgt overtreders voor de rechtbank. handelt in naam van de Staat en verdedigt de belangen van de maatschappij.

43
Q

politierechtbank

A

-Politierechtbank is niet hetzelfde als politie

-voor de verkeersovertredingen, misdrijven die haar door de wet zijn toegewezen.

-15 politierechtbanken in België

-Zetelt alleen, wordt bijgestaan door een griffier

-in strafzaken, het wordt vertegenwoordigd door de procureur des Konings, zijn eerste substituten

· Het openbaar ministerie vervolgt overtredingen voor de rechtbank. Het handelt in naam van de Staat en verdedigt dus de belangen van de maatschappij.

44
Q

vredegerecht

A

-Laagdrempelige rechter

-Dichtste bij de burger

-Behandelt enkel burgerlijke zaken die voor de burger een ‘privékarakter’ hebben

-Komt soms ter plaatse bij de burger

-1 per gerechtelijk kanton (groepering van verschillende gemeenten)

-163 vredegerechten in België

-Zetelt alleen, wordt bijgestaan door een griffier

-bedrag niet groter dan €5.000,00 (mits uitzonderingen)

45
Q

rechten van een slachtoffer

A

Recht op een correcte en zorgvuldige behandeling (politie, gerechtelijke autoriteiten, strafprocedure, strafuitvoering)

· Recht om informatie te krijgen

· Recht op juridische bijstand en rechtsbijstand

· Recht op herstel

· Recht op hulp

· Recht op bescherming en respect voor het privé-leven

46
Q

wat doet de overheid bij een aangifte

A

Politie

o Slachtoffer doet aangifte van het misdrijf

o Politie stelt proces-verbaal op

o Politie bezorgt dit proces-verbaal aan de procureur des Konings

· Procureur des Konings: beslissing

o Opsporingsonderzoek (parket)

o Huiszoeking (onderzoeksrechter)

o Aanhouding (onderzoeksrechter)

47
Q

beslissingen procureur des konings

A

De procureur des Konings beslist de zaak te seponeren (geen vervolging)

· De procureur des Konings stelt de verdachte een minnelijke schikking voor

· De procureur des Konings stelt een bemiddeling in strafzaken voor (indien minder dan 2j gevangenis à herstel eventueel met bijkomende voorwaarden)

· De procureur des Konings beslist om de zaak rechtstreeks te dagvaarden (deurwaarder à politieRB en correctionele RB)

· De procureur des Konings meent dat er meer ingrijpende onderzoeksmaatregelen nodig zijn en vordert een gerechtelijk onderzoek (bv. huiszoeking)

· De procureur des Konings beslist om de vermoedelijke dader te vervolgen door de zaak voor de strafrechtbank te brengen

48
Q

praktisch verloop de terechtzitting

A

Uw verhoor (voorzitter)

· Het getuigenverhoor

· De vordering van de burgerlijke partij (bv. eis tot schadevergoeding)

· De vordering van het Openbaar Ministerie (samenvatting zaak + conclusie toepassing strafwet)

· Uw verdediging

49
Q

bronnen van het recht

A

-wetten, decreten en vorderingen
-gewoonten of gebruik
-rechtspraak
-rechtsleer
-europees recht en internationale verdragen

50
Q

2 soorten wetten

A

-Dwingende wetten moet men volgen. Men kan deze wetten nooit op een andere manier interpreteren. Het gaat hier meestal over de openbare orde of de goede zeden (bv. wet op arbeidsovereenkomsten)

-Aanvullende wetten moeten ook gevolgd worden, maar gelden enkel als de betrokken partijen geen overeenkomst hebben. (kassaticket ipv een factuur)

51
Q

verordeningen

A

· KB Koninklijk Besluit

· MB Ministerieel Besluit

· PB Provinciaal Besluit

· GB Gemeentelijk Besluit

52
Q

rechtspraak

A

een interpretatie van de wetten in functie van de specifieke zaak. (vb. uitspraak rechter)

53
Q

rechtsleer

A

alle studies van rechtsgeleerden omtrent bepaalde zaken.

54
Q

decreten

A

vlaamse gemeenschap