1
Q

Gewoontetheorie

A

hierbij staat de bevinding centraal dat veel van ons gedrag plaatsvindt zonder dat we er al te hart over na hoeven te denken

zie blz 83

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waarom is de gewoontetheorie handig

A

zodat we bewuste bedachten kunnen besteden aan andere dingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Gewoontes hebben drie kenmerken

A
  • Ze zijn gekoppeld aan een bepaalde context en zeker aan een bepaalde cue (bijv. je wekker gaat af)
  • Ze worden vaak automatisch uitgevoerd na het optreden van een cue/trigger
  • Ze zijn doelonafhankelijk (je krijgt er geen beloning of straf voor als je het doet)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Contextafhankelijk gewoontes

A

een gewoonte kan doorbroken worden als er iets in de context verandert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Strategieën om cues te doorbreken zijn:

A
  • Het vermijden van cues
  • Het exploreren van nieuwe contexten waarin de cue niet optreedt
  • Het gewoontegedrag vervangen door een alternatief.
  • Het actief monitoren van het gewoontegedrag om het te onderdrukken.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly