H9 - Massacultuur Flashcards

1
Q

abstract expressionisme

A

Amerikaanse stroming in de beeldende kunst die opkomt vanaf 1946. kenmerkend zijn expressiviteit, improvisatie en grote formaten. Kunstenaars: Jackson pollock, Mark Rothko

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

backbeat

A

Ritme met accenten op de tweede en vierde tel van de vierkwartsmaat. Vormt de basis van veel nummers in de popmuziek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

beatmuziek

A

Britse rock-‘n-roll-variant die ontstaat rond 1963. Mix van rock-‘n-roll, rhythm-and-blues en soul. (The beatles)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

bebop

A

Rauwe, snelle jazzstijl met veel improvisatie, meestal uitgevoerd in een kleine bezetting van drums, bas, piano, saxofoon en trompet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

blockparty

A

Spontaan straatfeest met muziek en dans, populair tijdens de opkomst van de hiphopcultuur in de VS rond 1976

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Bollywood

A

Bijnaam van een van de grootste filmindustrieën ter wereld gesitueerd rond de stad Mumbai in India

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

breaks

A

Instrumentale tussendelen van een popnummer. Breaks van bestaande platen vormen vaak de basis voor hiphopmuziek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

cliffhanger

A

Spannende scène in tv-serie die abrupt wordt onderbroken, waardoor de kijkers de verdere ontwikkelingen - na het reclameblok of in de volgende aflevering - ook willen bekijken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

conceptalbum

A

Popplaat waarbij de nummers met elkaar verbonden zijn door een overkoepeld thema of verhaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

conceptuele kunst

A

Kunst waarbij niet de esthetiek of de vorm, maar het idee of het artistieke concept dat de kunstenaar wil overbrengen vooropstaat. Komt sterk op vanaf 1960

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

cool jazz

A

Tegenhanger van de bebop rond 1950. De cool jazz klinkt helder en de puurheid van klank staat voorop

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

dance

A

Elektronische dansmuziek die opkomt vanaf 1980. Kenmerkend voor dance is de prominente rol voor het ritme en de bas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

deep focus

A

Filmtechniek waarbij objecten of mensen zowel op de voorgrond als op de achtergrond scherp zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

dj

A

Afkorting van diskjockey: iemand die platen draait bij dansfeesten of zorgt voor de muzikale ondersteuning bij hiphop-optredens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

easy listening

A

Toegankelijke muziek voor een breed publiek, achtergrondmuziek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

eclectisch

A

Combinatie van verschillende stijlen of stromingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

existentialisme

A

Twintigste-eeuwse stroming in de filosofie die leert dat de mens de zin van het leven niet kent. Het feit dat hij bestaat is op zich al zinvol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

falsestem

A

Zangtechniek waarbij er niet met de borststem maar met de kopstem gezongen wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

film noir

A

Duitser misdaadverhaal. Genre uit de klassieke periode van de Hollywoodfilm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

flashback

A

Techniek uit de film en de literatuur waarbij de kijker of lezer tijdelijk naar het verleden wordt teruggenomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

frasering

A

Muziekterm die duidt op de manier waarop een muzikant of zanger ritmische accenten en pauzes plaatst binnen een muzikale frase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

funk

A

Soulvariant waarbij het accent ligt op de ritmesectie en de dansbare herhaling van muzikale elementen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

gamelanmuziek

A

Indonesische muziekstijl waarbij er een hoofdrol is weggelegd voor slaginstrumenten zoals drums, xylofoons en gongs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

global village

A

Letterlijk: wereldwijd dorp. Door de opkomst van massamedia kunnen mensen gemakkelijker communiceren en daardoor verandert de wereld in een ‘groot dorp’.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

happening

A

Kunstzinnige of politieke actie in de openbare ruimte waarin het publiek vaak een actieve rol speelt. komt op rond 1960.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Headspin

A

Stijlfiguur uit de breakdance waarbij de danser ronddraait op zijn hoofd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

house

A

Elektronische dancemuziek die opkomt in Chicago rond 1980. Typerend voor house is de basdrum op elke tel van de vierkwartsmaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

hyperrealiteit

A

Concept van de filosoof Jean Baudrillard om aan te geven dat er door de overdaad aan beelden geen zinvol onderscheid meer te maken is tussen beeld en realiteit

29
Q

interactiviteit

A

Term die vaak gebruikt wordt met betrekking tot digitale technologie en die duidt op programmatuur waarbij de gebruiker en de technologie op elkaar reageren

30
Q

Kathak

A

Klassieke dansvorm uit India met veel aandacht voor ritmisch voetenwerk, waarbij dansers vaak belletjes aan de enkels dragen

31
Q

locatietheater

A

Theatervorm waarbij er gespeeld wordt op een plaats waar normaal geen theatervoorstellingen worden gegeven

32
Q

mc

A

Master of Ceremonies, ook wel rapper genoemd

33
Q

melodrama (film)

A

Filmgenre met sentimentele verhalen waarbij het vaak draait om stereotype karakters en het oproepen van sterke emoties

34
Q

method acting

A

Acteertechniek waarbij de acteur zich volledig probeert in te leven in het personage. De acteur maakt gebruik van zijn eigen emoties en ervaringen om de uitvoering zo levensecht mogelijk te laten zijn

35
Q

minimale kunst

A

Kunstvorm die zich zowel manifesteert in de muziek, dans en beeldende kunst. Uitgangspunt is dat de maker werkt met uiterst spaarzame middelen

36
Q

musical

A

Muzikaal theaterspektakel voor een groot publiek waarin zang, dans, muziek en toneelspel wordt gecombineerd

37
Q

over-all compositie

A

Begrip uit de schilderkunst voor een doek dat bijna geheel beschilderd is, maar waar geen enkele compositorische richting dominant is

38
Q

performance

A

Kunstwerk dat in de vorm van een actie aan het publiek wordt gepresenteerd. Meestal is de handeling niet verhalend en kan het publiek in en uit lopen

39
Q

piece

A

Term uit de graffiti voor een grote muurschildering

40
Q

postmodernisme

A

Stijlaanduiding in de kunsten die geldt als tegenhanger of opvolger van het modernisme. Postmodernisten combineren vaak stijlen en stellen ‘modernistische’ waarden als originaliteit, vernieuwing en het bestaan van één enkele waarheid ter discussie, vaak met humor en ironie

41
Q

psychedelische rock

A

Benaming voor progressieve rockmuziek die ontstaat vanaf 1960, waarin geëxperimenteerd wordt met afwijkende instrumenten en met geluidstechnische foefjes. ‘Psychedelisch’ verwijst naar de drugsroes waar de muzikanten door beïnvloed zijn of ze die willen verbeelden

42
Q

pulpfims

A

Goedkoop gemaakte commerciële genrefilm die als weinig bijzonder of vernieuwend beschouwd wordt. Bekende pulpgenres zijn kungfufilms uit Hongkong en goedkoop gemaakte actie- en horrorfilms

43
Q

punk

A

Muziekstroming, ontstaan rond 1974 in de VS en Groot-Brittannië als reactie op de populaire commerciële popmuziek. Kenmerkend zijn een ongepolijste sound, een eenvoudig instrumentarium en simpele akoordenschema’s

44
Q

pure dans

A

Moderne dansvorm waarbij de dansbewegingen zelf zowel de inhoud als onderwerp zijn en niet iets anders uitdrukken. Grondlegger is Merce Cunningham, verder ontwikkeld door Judson Dance Theatre

45
Q

re-enactment

A

Het uitbeelden of naspelen van historische gebeurtenissen

46
Q

rhythm-and-blues

A

Afro-Amerikaanse dans- en amusementsmuziek waarin jazz, gospel en blues samensmelten, Wordt gezien als voorloper van de rock-‘n-roll

47
Q

rockabilly

A

Muziekstijl ontstaan binnen de vroege rock-‘n-roll, waarbij de sound wordt bepaald door een staande bas, een gitaar en een minimaal drumstel

48
Q

rock-‘n-roll

A

Muziekgenre ontstaan rond 1955 uit rhythm-and-blues en country. Wordt wel gezien als moedergenre van alle popmuziek

49
Q

samples

A

In de muziek: bestaande opnamen die gebruikt worden om nieuwe composities mee te maken

50
Q

scratchen

A

Techniek uit de hiphopcultuur waarbij een platenspeler als muziekinstrument wordt gebruikt. Door het ritmisch met de hand heen en weer bewegen van een grammofoonplaat kan de scratcher ultrakorte stukjes muziek of geluid ritmisch herhalen

51
Q

screwball comedy

A

Komisch liefdesverhaal. Genre uit de klassiek periode van de Hollywoodfilm

52
Q

seriële muziek

A

Uitbreiding van de twaalftoonstechniek waarbij niet alleen de noten in reeksen worden vastgelegd, maar ook de toonduur, sterkte, klankkleur en articulatie

53
Q

sober theater

A

Theatervorm, ontwikkeld door Jerzy Grotowski, zonder decor, kostuums, licht en grime. Het draait om de acteur die op zoek gaat naar zijn innerlijke kern en die prijsgeeft aan het publiek

54
Q

soul

A

Zwarte popmuziek ontstaan uit gospelzang en rhythm-and-blues

55
Q

stencils

A

Graffititerm voor muurschilderingen die gemaakt zijn met behulp van sjablonen

56
Q

street art

A

term voor visuele uitingen in de openbare ruimte

57
Q

suspense

A

Suspense betekent ‘spanning’, maar in de film is de term verbonden met de regisseur Alfred Hitchcock. Suspense ontstaat als de kijker meer informatie krijgt dan de spelers

58
Q

tags

A

Graffititerm voor een kleine grafische handtekening, gemaakt met marker of spuitbus

59
Q

techno

A

Elektronische dansmuziek die tegelijkertijd opkomt met de house, in de stad Detroit. Techno klinkt minimalistischer en industriëler dan house

60
Q

theater van de wreedheid

A

Ruige theatervorm bedacht door Antonin Artaud. Door acteurs fysiek uit te putten probeert Artaud de rationele controle weg te nemen en hen te laten spelen vanuit het onderbewuste

61
Q

theaterinstallatie

A

Een architectonisch ontwerp op locatie waarin pf waaromheen theaterscènes worden gespeeld

62
Q

triphop

A

Trage, sfeervolle variant van hiphop vaak met ang in plaats van rap

63
Q

uptempo

A

Muziekterm die duidt op muziek met en hoog tempo

64
Q

virtual reality

A

Met de computer gemaakte kunstmatige wereld

65
Q

vj

A

Afkorting voor videojockey. In navolging van de dj’s mixt de vj bestaand of eigen materiaal tot nieuwe beelden die als ondersteuning voor de muziek worden geprojecteerd

66
Q

vlakkevloertheater

A

Theater zonder verhoogd podium, waarbij het publiek meestal vanaf een oplopende tribune op het speelvlak kijkt

67
Q

windmill

A

Basisbeweging uit de breakdance waarbij de danser met de rug op de grond cirkels draait en de benen gespreid als molenwieken door de lucht zwaaien

68
Q

zweefdruk

A

Grafische druktechniek waarbij drukinkt door een fijnmazige zeef wordt gedrukt, veel gebruikt voor het benadrukken van verpakkingen en textiel