H6 psychofarmacologie Flashcards
farmaceutisch medicijn
om ziekte te behandelen
psychofarmaca
stof die bloed-hersenbarriere passeert en de hersenfunctie beinvloedt waardoor gedrag/bewustzijn/cognitie veranderd
ADME
wat een medicijn met het lichaam doet
A: absorbtie= toediening
D: distrubtion: weg van medicijn naar doelwit
M: metabolisme
E: eleminatie
Ligand
stofje dat bindt aan receptor
drug ligand competition
proces waarbij ligand en medicijn concurreren om aan een receptor te binden
non competitive drug
bindt aan een ander plekje van de receptor -> geen concurrentie
competitive drug
medivijn wil op hetzelfde plekje als de neurotransmitter binden
agonist
binding: activeert proces in de cel
partial agonist
dimmer
inverse agonist
lokt tegenovergestelde reactie uitp
partial inverse agonist
lokt licht tegenovergestelde reactie uit
antagonist
binding: stofje bindt aan receptor maar veroorzaakt geen reactie maar bezet wel de receptor
MAOI
blokkeert de werking van MAO (inactiveren serotonine) waardoor er meer serotonine overblijft in de synaptische spleet
heropname remmers
remmen heropname moanimes uit de synaptise spleet
- werkt op pre synaptische receptor
beinvloedt beschikbaarheid van serotonine in synaptische spleet
- fungeren als antagonisten voor de heropname receptoren
SSRI
blokkeren enkel heropname serotonine