H.6 Conditionering en leren Flashcards
Hoe omschrijf je “leren”?
Leren kunnen we dan ook omschrijven als een relatief permanente verandering in gedrag of kennis ten gevolge van ervaring.
Wat is klassieke conditionering?
Een procedure waarbij een oorspronkelijk neutrale stimulus gecombineerd wordt met een ongeconditioneerde stimulus (OS) die een automatische reactie uitlokt. Als gevolg van deze CS-OS-koppeling, begint de CS na verloop van tijd een respons (CR) uit te lokken die lijkt op de OR.
Wat is verwerving?
Het proces waardoor een geconditioneerde stimulus een geconditioneerde reactie gaat uitlokken, wordt verwerving genoemd.
Wat is extinctie?
Extinctie (of uitdoving) is de verzwakking van de CR die optreedt als de CS herhaaldelijk zonder de OS aangeboden wordt.
Extinctie doet een leerproces niet teniet, maar onderdrukt het alleen.
Welke twee bevindingen suggereren dat de conditionering niet helemaal tenietgedaan wordt?
- Spontane herstel: Pavlov stelde vast dat een hond die na een extinctiefase niet meer kwijlde bij het horen van de beltoon, de volgende dag dikwijls toch weer begon speeksel af te scheiden wanneer hij die in de testkooi geplaatst werd en het geluid hoorde.
- De vaststelling dat een dier of een mens na een extinctiefase gewoonlijk snel opnieuw te conditioneren is.
Wat is stimulusgeneralisatie?
Stimulusgeneralisatie betekent dat de CR bij bepaalde CS zich generaliseert naar andere stimuli die een grote overeenkomst met de CS vertonen.
Wat is stimulusdiscriminatie?
Het proces dat beschermt tegen overgeneralisatie waarbij men leert dat sommige CS’en wel gevolgd worden door de OS en de OR en andere niet.
Hoe kan men stimulusdiscriminatie trainen?
Men biedt in een proef twee verschillende geconditioneerde stimuli op toeval door elkaar aan en er wordt slecht bij één soort CS een OS aangeboden. Bij de andere CS volgt niets. Na verloop van een aantal beurten zal de persoon of het dier een onderscheid leren maken tussen de twee stimuli en zal de CR alleen nog voorkomen bij de CS die gevolgd wordt door de OS.
Wat is contiguïteit?
Contiguïteit is het kort op elkaar volgen van de geconditioneerde en ongeconditioneerde stimulus.
Welke drie bevindingen hebben de behavioristische interpretatie dat de klassieke conditionering alleen gaat over het uitlokken van een CR door een CS enige malen voor een OS aan te bieden, ter discussie gesteld?
- Het feit dat de tijd tussen het aanbieden van de geconditioneerde en ongeconditioneerde stimulus soms lang kan zijn. Contiguïteit is dus niet altijd nodig voor klassieke conditionering.
- Niet alle stimuli zijn even conditioneerbaar: er bestaan biologische beperkingen op wat een organisme leert.
- Klassieke conditionering is meer dan een blinde associatie tussen contigue stimuli, veroorzaakt door blokkering.
Wat is blokkering?
Bij blokkering verhindert de aanwezigheid van een CS die de OS voorspelt de conditionering van andere stimuli.
Wat is de S-S-theorie van klassieke conditionering?
Hoogstwaarschijnlijk wordt bij klassieke conditionering geen S-R-connectie gelgd tussen de geconditioneerde stimulus en de geconditioneerde reactie, zoals men aanvankelijk dacht, maar een S-S-connectie tussen de geconditioneerde stimulus en de ongeconditioneerde stimulus. De geconditioneerde stimulus lokt een beeld uit van de ongeconditioneerde stimulus. Door het herhaaldelijk samen aanbieden van de toon en het voedsel wordt in de hersenen een beeld van het voedsel geactiveerd door het horen van de toon. Het geactiveerde beeld van het voedsel leidt op zijn beurt tot speekselafscheiding.
Volgens de S-S-theorie lokt de CS de CR niet automatisch uit, maar gaat klassieke conditionering over het voorspellen en verwachten van de OS op basis van de CS.
Volgens de S-S-theorie zal klassieke conditionering voor een stimulus alleen optreden indien die stimulus gezien wordt als een goede voorspeller van een daarop volgende ongeconditioneerde stimulus.
Welke voorspellingen maakte de S-S-theorie?
- Klassieke conditionering zal gemakkelijker gaan wanneer de CS en OS nieuwe stimuli zijn.
- De verwerving zal sneller gebeuren wanneer de associatie overeenstemt met het verwachtingspatroon van het dier.
- De verwerving zal sneller gebeuren naarmate de belangrijkheid van de ongeconditioneerde stimulus toeneemt.
- De S-S-theorie verklaart waarom geen conditionering van een nieuwe stimulus zal optreden wanneer er al een betrouwbare voorspeller is (blokkeringseffect)
- De S-S-theorie verklaart waarom contigue stimuli zo efficiënt zijn: de beste voorspeller van een OS is een CS die steeds kort voordien plaatsgrijpt.
Waarom was de S-S-theorie voor behavioristen onaanvaadbaar?
Omdat deze theorie associaties veronderstelde tussen de stimulus en een ‘niet-observeerbare entitieit’ en tussen die niet-observeerbare entiteit en de respons.
Hoe verkrijgen oorspronkelijk neutrale stimuli een positieve of negatieve betekenis?
Door associaties met positieve en negatieve ongeconditioneerde stimuli.
Wat is operante conditionering?
We veranderen de gedragingen op basis van de gevolgen die ze hebben. Ook wel instrumentele conditionering genoemd.
Wat waren de twee grote namen binnen de operante conditionering?
Edward L. Thorndike (1874-1949) en B.F. Skinner (1904-1990)
Wat is de wet van het effect?
Responsen die voldoening gevende gevolgen teweegbrengen zullen herhaald worden en steeds sneller en efficiënter uitgevoerd worden, responsen die onbevredigende gevolgen teweegbrengen zullen niet herhaald worden.
Wat is een operante respons?
Een operante respons is een gedrag dat gevolgd wordt door een bepaald effect in de omgeving.
Wat is bekrachtiging?
Bekrachtiging is een verandering in de omgeving die ervoor zorgt dat het voorafgaande gedrag meer kans heeft om opnieuw toe te treden.
Wat is straf?
Straf is een verandering in de omgeving die ervoor zorgt dat het voorafgaande gedrag minder kans heeft om opnieuw op te treden.
Welke twee vormen van bekrachtiging onderscheidde Skinner?
- Positieve bekrachtiging
- Negatieve bekrachtiging
Wat is positieve bekrachtiging?
Een positieve bekrachtiging verhoogt de kans op de respons die aan de bekrachtiger voorafgaat doordat hij toegediend wordt.
Wat is een negatieve bekrachtiging?
Een negatieve bekrachtiging verhoogt de waarschijnlijkheid van de voorafgaande respons doordat hij weggenomen wordt.
Wat zijn primaire of ongeconditioneerde bekrachtigers?
Bekrachtigers zoals het krijgen van voedsel of het stoppen van iets onaangenaams. Het heet zo omdat zij tegemoetkomen aan de basisbehoeften van een dier of mens en daardoor inherent bekrachtigend zijn.
Wat zijn secundaire of geconditioneerde bekrachtigers?
Bekrachtigers die hun effect ontlenen aan associatie met een primaire bekrachtiger. (geld; hiermee kan men allerhande basisbehoeften bevredigen)
Wat is continue bekrachtiging?
Elke operante respons wordt gevolgd door een bekrachtiging.
Wat is een partiële of intermitterende bekrachtiging?
Wanneer niet elk gedrag gevolgd wordt door een bekrachtiger.