H5,8,11,14 Fysieke en motorische ontwikkeling

Question 1

cefalocaudale principe

Answer 1

het patroon begint met het hoofd en de bovenste lichaamsdelen en streks zich vervolgens uit naar de rest van het lichaam (van hoofd tot staart). We kunnen dus eerder zien dan lopen.

Question 2

Proximodistale principe

Answer 2

de ontwikkeling zich vanuit het centrum van ons lichaam naar buiten toe ontwikkelt;

Question 3

Het groeiprincipe hiërarchische integratie

Answer 3

heeft betrekking op de manier waarop complexe vaardigheden voortbouwen op eenvoudigere vaardigheden

Question 4

groeiprincipe (onafhankelijkheid van systemen)

Answer 4

zegt dat verschillende lichaamssystemen op een verschillend tempo groeien

Question 5

dynamische systeemtheorie

Answer 5

gesteld dat psychologische kenmerken slechts bestaan in de interactie tussen het organisme en de omgeving

Question 6

De linkerhelft

Answer 6

focust zich bij de meesten op verbale competentietaken (praten en dergelijke)

Question 7

rechterhelft

Answer 7

non-verbale gebieden (ruimtelijk inzicht en dergelijke)

Question 8

Psychosomatische klachten

Answer 8

Lichamelijke klachten waarbij de oorzaak niet (alleen) lichamelijk, maar ook psychisch is

Question 9

Somatoforme stoornis

Answer 9

Een psychische aandoening waarbij een persoon langdurig psychosomatische klachten heeft

Question 10

Myeline

Answer 10

een vettige substantie die de neuronen beschermt en de overdracht van zenuwsignalen versnelt

Question 11

lateralisatie

Answer 11

Het proces waarbij bepaalde functies hun plek eerder in de ene hersenhelft dan in de andere hersenhelft vinden