H4 emoties Flashcards

1
Q

wat is een emotie?

A

een kortdurende en intense reactie op een prikkel die we belangrijk vinden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is een stemming?

A

is van langere duur en minder intens dan een emotie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is affectief?

A

om het verwijzen naar het ervaren van emoties en stemmingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is temperament?

A

een blijvende geneigdheid om vaak bepaalde emoties of stemmingen te ervaren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

welke componenten van emoties zijn er?

A
  • subjectieve component: gedachten en gevoelens
  • fysiologische component: het lichaam
  • gedragscomponent: expressie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

welke lichamelijke veranderingen zijn er bij het fysiologische component?

A
  • verhoogde hartslag
  • verhoogde bloeddruk
  • ademhaling wordt sneller
  • zweten
  • droge mond
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat zijn de basisemoties?

A
  • blijdschap
  • woede
  • verdriet
  • angst
  • walging
  • verrassing
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

welke functies van emoties zijn er?

A

adaptieve functie, sociale functie en cognitieve functie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is de adaptieve functie?

A

stuurt ons gedrag in een richting die ons helpt met overleven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is de sociale functie?

A

hulpmiddel bij de communicatie en interactie met andere

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is de cognitieve functie?

A

zorgt voor een verhoogde aandacht en zorgt ervoor dat we herinneringen beter opslaan in het geheugen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat zegt Charles Darwin over emoties?

A

eerste wetenschapper die stelde dat emoties niet enkel een storend neveneffect zijn van onze gedachten maar ook een functie hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is de vecht-vlucht-reactie?

A

reactie op stress waarbij lichaam en geest zich klaarmaken voor een lichamelijke inspanning, waarbij het autonoom zenuwstelsel een grote rol speelt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is het autonoom zenuwstelsel?

A

deel van het zenuwstelsel dat de werking van de organen regelt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

welke onderdelen zijn er in het autonoom zenuwstelsel?

A

sympathisch en parasympatisch zenuwstelsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat is het sympathisch zenuwstelsel?

A

onderdeel van het autonoom zenuwstelsel dat in werking treedt bij inspanning of stress, zodat lichamelijke activiteit mogelijk wordt

17
Q

wat is het parasympatisch zenuwstelsel?

A

onderdeel van het autonoom zenuwstelsel dat zorgt voor rust in het lichaam

18
Q

wat is de test-and-befriend-reactie?

A

reactie op stress waarbij iemand zorgt voor zijn kinderen en hulp zoekt bij anderen

19
Q

voor wat zorgen emoties?

A
  • sociale relaties verlopen vlotter
  • motivatie
20
Q

wat is het still face experiment?

A

moeder en kind spelen met elkaar. moeder reageert niet meer op kind –> kind raakt in paniek

21
Q

wat is emotionele intelligentie?

A

het vermogen om op een efficiënte manier met je eigen emoties en die van andere om te gaan

22
Q

welke aspecten zijn er van emotionele intelligentie?

A
  • herkennen en begrijpen van
    emoties:
    stap 1: emoties herkennen –>
    non-verbale signalen een grot rol
    stap 2: verklaren waar de emotie
    vandaan komt
  • reguleren van emoties: emoties
    bijsturen en onder controle
    houden –> bepaalde situaties
    vermijden of opzoeken
  • expressie van emoties: op
    gepaste manier uiten
23
Q

wat is emotieregulatie?

A

goede regeling van de eigen emoties

24
Q

hoe worden de basisemoties geuit in verschillende culturen?

A

op dezelfde manier

25
Q

wat is een depressie?

A

een psychische aandoening met kernsymptomen sombere stemming en verlies van interesse of plezier in (bijna) alle activiteiten

26
Q

wat zijn de andere symptomen van depressie?

A
  • ongewilde gewichtstoename of
    afname
  • bijna dagelijkse slapenloosheid
  • uitgesproken rusteloosheid
  • dagelijkse vermoeidheid
  • gevoel van waardeloosheid of
    schuldgevoel
  • verminderde concentratie of
    besluiteloosheid
    -terugkerende doodsgedachten