H3: theorieën Flashcards

1
Q

theoretische school

A

Een school is een verzameling van theorieën, maar kunnen herleid worden tot dezelfde, harde uitgangspunten waarover je niet kan discussiëren. Deze zijn vaak bijna filosofisch.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

theorie

A

Zegt iets over de mechanismen achter die theorie, hieruit kan je hypothesen afleiden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

audience cost

A

geheel van stellingen en concepten die uitleggen waarom gebeurtenissen gebeuren zoals ze gebeuren, hier zijn hypothesen uit af te leiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Realisme

A

Staten zijn unitair en rationeel. Ze streven allen het eigen nationaal belang. In een internationale omgeving van anarchie moeten staten de eigen veiligheid verzekeren en streven naar macht. Conflict en competitie zijn dus inherent verbonden aan internationale politiek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

veiligheidsdilemma

A

Staten komen terecht in een wapenwedloop door zich te versterken om defensieve redenen door deze dynamiek. Kan ervoor zorgen dat staten in zo’n negatieve spiraal terecht komen en uiteindelijk in een meer onveilige situatie terecht komen (met meer wapens) dan daarvoor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

power transition theory

A

Cyclische opkomst en verval van grootmachten, op het ritme van gedifferentieerde economische groei en ongelijke verspreiding van technologie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

AIIB

A

(Asian Infrastructure Investment Bank), een multilaterale ontwikkelingsbank. Verschaft kredieten en leningen om infrastructuurprojecten te financieren. China ondersteunt dit in het kader van het Belt and Road initiative. Dit is duidelijk een poging van China om zich ook op te werken als een alternatieve donor naast de traditionele multilaterale ontwikkelingsbanken, zoals de Wereldbank.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Liberalisme

A

Individuen en groepen zijn de belangrijkste actoren in de wereldpolitiek en samenwerking is het basiskenmerk van het internationaal systeem.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Democratische vrede

A

Democratieën zijn vredelievender en meer in staat om samen te werken. Door gedeelde waarden, de inspraak van het volk die hun leiders verkiezen en vaak de kosten dragen van militaire operaties, transparantie (vrijheid van pers, meningsuiting) zorgt voor informatie over wie wat en waarom doet. (Kant!)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Marxisme

A

Internationale politiek wordt bepaald door de economische onderbouw. Alles is terug te herleiden tot de ongelijke machtsstrijd tussen de rijke kapitalisten die de arbeiders uitbuiten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Historisch materialisme

A

Geschiedenis wordt gevormd door opkomst en verval van productiewijzen en wij zullen onvermijdbaar vervallen in communisme/socialisme.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

dependentia school

A

er zijn kernstaten en de periferie. Landen in de periferie worden geduwd in de rol van grondstofleverancier. Tussen deze twee is er handel maar die is ongelijk (net als het idee van de ongelijke ruil in het Marxisme).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

culturele hegemonie

A

Volgens Gramschianen is de staat die leiderschap kan vestigen obv een dominante ideologie het machtigste.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

constructivisme

A

De materiële realiteit krijgt pas betekenis door ideeën. De internationale politiek wordt dus gekneed door normen, identiteit en de percepties vd elite. Taal en communicatie zijn dus erg belangrijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Engelse school

A

zit op het snijvlak vh realisme en constructivisme: aanvaard anarchie, maar erkent wel dat er een internationale samenleving is van staten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

post-positivistisch

A

Door het toepassen van wetmatigheden en vaste regels stellen positivistische methoden de bestaande sociale orde niet in vraag en daar zetten zij zich sterk tegen af. Toeval en onvoorspelbaarheid vormen de wereld.