H2: geschiedenis Flashcards

1
Q

emperium

A

politieke entiteiten met een substantieel geografisch oppervlak dat veel verschillende mensen omvat, en waarover 1 machtige heerser regeert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

dynastieke staten

A

leden van families regeren over staten of een imperium over verschillende generaties heen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

volkssoevereiniteit

A

is het principe dat het volk (als geheel) het hoogste gezag van de staat vormt. (Fr en A revoluties)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

feodaliteit

A

politiek stelsel waarbij keizer een heel groot grondgebied bezit en vertrouwt bestuur van gebieden toe aan leenmannen (graven, hertogen…) en op hun beurt lenen zij het uit aan andere personen die het opnieuw voor hen gaan besturen van allerlei loyalisten, verbanden, huwelijken…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Vrede van Westfalen

A

Een aantal verdragen werden afgesloten om de dertigjarige oorlog te beëindigen, waarbij de staat werd geïntroduceerd als nieuw politiek systeem.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Concert van Europa

A

Diplomatiek overlegorgaan van vijf grootmachten (VK, Rusland, Oostenrijk-Hongarije, Pruisen en Frankrijk) die de dragende pijlers waren van die multipolaire orde, beslissen elkaar te consulteren wanneer er een veiligheidscrisis/bedreiging voor het Europese machtsevenwicht zich voordoet. Werd vooral opgericht om absolutistische monarchieën te behouden en liberale rebellieën te stoppen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Krimoorlog

A

Clash tussen GB en Frankrijk, en Rusland en het Ottomaanse Rijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Mercantilisme

A

Een doctrine dat stelt dat militaire macht het centrale doel van staten is. Deze macht is gebaseerd op financiële rijkdom.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Otto von Bismarck

A

Pruisische leider die zorgde voor de eenmaking van Duitsland, het concert van europa liet heropleven en een politiek gericht op machtsbalans voerde tijdens de Berlijnse wereldorde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Triple alliantie

A

was een verdrag tussen het Duitse Rijk, Oostenrijk-Hongarije en Italië, gesloten (20 mei 1882) om elkaar te steunen in het geval van een aanval op een van hen door twee of meer grootmachten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Triple entente

A

was de alliantie gevormd in 1907 tussen het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Ierland, de Derde Franse Republiek en het Keizerrijk Rusland na het tekenen van het Verdrag van Sint-Petersburg.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Schlieffenplan

A

is het plan dat de Duitse generaal Alfred von Schlieffen (1833-1913) ontwikkelde om in geval van oorlog met Frankrijk laatstgenoemd land zo snel mogelijk te kunnen overrompelen via België.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Aanleidingen WOI

A
  • Europese leiders zagen een verandering in de relatieve balans van capaciteiten waardoor overgaan tot oorlog de beste optie leek
  • kantelende machtsverhoudingen, oorlog leek de beste optie om conflicten tussen staten op te lossen
  • Allianties werden gemaakt: Triple alliantie en Triple Entente zorgden voor wederzijdse angst en verdenking
  • De illusie dat toekomstige oorlogen snel en efficiënt gewonnen zouden worden (Schlieffenplan)
    Controle verloren over een regionale crisis in de Balkan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

oktoberrevolutie

A

Bolsjewieken in Rusland verdrijven de tsaar van de macht en nemen de macht over. Rusland trekt zich terug uit WO I en vormt zich om tot Sovjet-Unie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

nationale zelfdeterminatie/zelfbeschikkingsrecht

A

leden van een onderscheidbare en duidelijk identificeerbare etnisch-linguistische gemeenschap of natie hebben het recht om hun eigen onafhankelijke staat te vormen en zouden niet onderdrukt mogen worden door een emperium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Volkenbond

A

een internationaal orgaan opgericht door het Verdrag van Versailles om staten te voorzien van een internationaal legaal en institutioneel kader om hun conflicten op te lossen en toekomstige oorlogen te voorkomen, gebaseerd op het principe van collectieve veiligheid.

17
Q

Veertienpuntenprogramma van Wilson

A

Visie op naoorlogse wereldorde waarin hij pleit voor een liberale wereldorde met open economie, transparante verdragen, zelfbeschikkingsrecht en de oprichting van een Volkenbond

18
Q

Ruhrcrisis

A

Duitsland kon de schadevergoedingen niet betalen en in een poging om dit geld wel te krijgen bezette Frankrijk de Duitse geïndustrialiseerd Ruhr vallei. Duitsland ging geld bijprinten en veroorzaakte zo een hyperinflatie.

19
Q

Pact van Locarno

A

Westelijke grenzen (met Frankrijk en België vastgelegd in Verdrag van Versailles) worden erkend door Duitsland. Duitsland mocht toetreden tot de Volkenbond.

20
Q

Kellogg-Briand pact

A

internationaal verdrag waarbij oorlog buiten de wet werd

gesteld

21
Q

München analogie

A

Duitsland verklaarde dat 3.5 miljoen etnische duitsers die in Tsjechoslowakije leefden onderdrukt warden en gebruikte dit als reden voor militaire actie. De eerste minister van GB en Frankrijk zijn daarop samengekomen met hilter en Mussolini in München, waar ze akkoord gingen met Hilter’s eis om dit deel van Tsjechoslowakije over te dragen naar Duitsland, zonder overleg met Tsjechoslowakije zelf. Dit wordt gebruikt als hét voorbeeld van de verzoeningspolitiek door Westerse democratieën in het interbellum.

22
Q

Beggar-thy-neighbour beleid

A

beleid dat crisis op andere landen probeert af te
wenden door bv. munt te devalueren: zorgt ervoor dat het product dat jij maakt goedkoper wordt in het buitenland -> kortstondig zetje (export en welvaart bevorderen) => spiraal van competitieve devaluering en oplopende
toltarieven: handel die landen met elkaar verdreven werd meer en meer belast (om je eigen industrie te proberen bevoordelen)

23
Q

Blitzkrieg

A

Een oorlogvoeringstrategie van de Duitsers waarbij de snel en beweeglijk doorheen zwakke punten in de verdediging van hun vijanden gingen. B deed geen zware verzetspogingen meer (geleerd na WOI), waardoor het snel ging.

24
Q

Operatie Barbarossa

A

Hitler opent plots oostelijk front -> oorlogsverklaring aan

Rusland, om Russische olievelden te veroveren om tanks te bevoorrading

25
Q

Marshallplan

A

Dit European Recovery Program (ERP) was gericht op de economische wederopbouw van de door de oorlog getroffen landen in Europa. Een belangrijke drijfveer van deze hulp was het vormen van een sterke buffer tegen de expansie van het communisme vanuit de Sovjet-Unie van Stalin.

26
Q

Non-Aligned movement

A

beweging van niet-gebonden landen tijdens de koude oorlog

27
Q

Perestroika

A

economie gaat zo slecht dat we aan herstructurering moeten doen. Door 1) technologische innovatie en economische investering (maar hij wist dat dit niet zou lukken in een dictatuur waar niet mocht gesproken worden over nieuwe ideeën) 2) glasnost = politieke openheid en 3) internationale ontspanning

28
Q

the end of history

A

het geschil tussen kapitalisme en communisme is beslecht in het voordeel vh kapitalisme, dus dit is het eindpunt vd geschiedenis.

29
Q

Golden Arches Theory

A

twee landen die McDonalds hebben zullen geen oorlog voeren met elkaar, want dit is een soort van indicator van globalisering van je economie. Omdat je geglobaliseerd bent, zijn je economieën vervlochten met elkaar.

30
Q

The rum triangle

A

The rum trade became part of a “triangular trade” between New England, the West Indies, and the African Gold Coast that maintained the prosperity of the northern colonies throughout the eighteenth century.

31
Q

Smoot-Hawley Tariff Act

A

Een wet die de import tarieven in Amerika verhoogde om zo de Amerikaanse industrieën en boeren te beschermen, maar dit zorgde enkel voor een grotere financiële crisis tijdens de Great Depression.