H2: MKZ vragen Flashcards

1
Q

Vraag 1
Welke regels of principes onderbouwen het geven van geschenken? Geef de twee juiste antwoorden aan

o Reciprociteit
o Functionaliteit
o Proportionaliteit
o Vermogendheid
o Normativiteit

A

Reciprociteit

Proportionaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Vraag 2
Welke bedenkingen kunnen worden geformuleerd bij de Verstehende-methode van Weber? Geef de twee correcte antwoorden aan

o Deze methode werkt beter dicht bij huis en voor de eigen groep dan voor groepen of culturen die geografisch of in de tijd ver verwijderd zijn.
o De aanhangers van deze methode focussen in hun studie van de sociale werkelijkheid overmatig op causaliteit.
o Deze methode verliest de praktische taak van de socioloog uit het oog.
o Het volstaat niet om statistische regelmaten te observeren.
o Deze methode biedt geen enkele mogelijkheid om de interpretatie van de onderzoeker te toetsen; ze blijft met andere woorden erg subjectief.

A

Deze methode werkt beter dicht bij huis en voor de eigen groep dan voor groepen of culturen die geografisch of in de tijd ver verwijderd zijn.

Deze methode biedt geen enkele mogelijkheid om de interpretatie van de onderzoeker te toetsen; ze blijft met andere woorden erg subjectief.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Vraag 3
Hieronder vind je een aantal uitspraken met betrekking tot de taken van de socioloog. Welke twee van deze uitspraken zijn fout?

o De kritische sociologie kan de bestaande waarden en overtuigingen niet aanvaarden.
o De praktische sociologie wil ons door inzicht ook van de waarneming van de sociale werkelijkheid laten genieten.
o Het ontsluieren van de werkelijkheid die doorgaans verborgen blijft, is de belangrijkste doelstelling van de kritische sociologie.
o De kritische socioloog wil door inzicht in het functioneren van de samenleving de zelfgemaakte, doch verborgen beperkingen ervan aan het licht brengen.
o Het doel van de empirisch-analytische kennis is de bestaande belangenconstellaties in de maatschappij te doorbreken.

A

De kritische sociologie kan de bestaande waarden en overtuigingen niet aanvaarden.

Het doel van de empirisch-analytische kennis is de bestaande belangenconstellaties in de maatschappij te doorbreken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Vraag 4
De klassieke onderzoekscyclus schrijft een aantal stadia voor wetenschappelijke vooruitgang voor. Welke twee stellingen over deze onderzoekscyclus zijn fout?

o Na de formulering van een hypothese wordt een algemene stelling opgesteld.
o Na toetsing en observatie volgt de aanpassing van de theorie.
o Theorieën zijn algemene uitspraken over het menselijk gedrag, waarvan de verbijzondering de geobserveerde werkelijkheid kan verklaren.
o Een hypothese in de functionalistische gezinstheorie zou kunnen luiden: ‘gezin en economie moeten op elkaar worden afgestemd’.
o In empirisch onderzoek moet een hypothese altijd empirisch getoetst kunnen worden.

A

Na de formulering van een hypothese wordt een algemene stelling opgesteld.

Een hypothese in de functionalistische gezinstheorie zou kunnen luiden: ‘gezin en economie moeten op elkaar worden afgestemd’.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Vraag 5
Wat bedoelt Claude Javeau met de ‘sociologie van het dagelijkse leven’? Geef de twee correcte antwoorden aan.

o Hiermee doelt Javeau op het belang van de praktische taak van de socioloog.
o Hiermee doelt Javeau op de respectvolle houding die sociologen dienen aan te nemen bij de studie van het menselijke handelen.
o Sociale wetenschappen moeten bij de studie van de samenleving vooral de aandacht richten op het dagelijkse leven van mensen. Hierin schuilt de kern van het maatschappelijke leven.
o Sociologen moeten proberen de sociale werkelijkheid te beschrijven met behulp van de termen en de voorstellingswijzen die mensen zelf hanteren.
o Hiermee doelt Javeau op de houding van afstandelijke betrokkenheid die sociologen kenmerkt.

A

Sociologen moeten proberen de sociale werkelijkheid te beschrijven met behulp van de termen en de voorstellingswijzen die mensen zelf hanteren.

Hiermee doelt Javeau op de houding van afstandelijke betrokkenheid die sociologen kenmerkt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly