H2 Lektion 2 Flashcards
1
Q
ausreichen
A
voldoende zijn
2
Q
ausstatten
A
inrichten
3
Q
beliebt
A
populair
4
Q
bevorzugen
A
de voorkeur geven aan
5
Q
einzeln
A
afzonderlijk
6
Q
erwachsen
A
volwassen
7
Q
das Gerät
A
het apparaat
8
Q
harmloos
A
onschuldig
9
Q
mobben
A
pesten
10
Q
sich streiten
A
ruzie maken
11
Q
die Studie
A
het onderzoek
12
Q
unterrichten
A
onderwijzen
13
Q
sich verlassen auf
A
vertrouwen op
14
Q
widmen
A
wijden aan
15
Q
der Zwischenfall
A
het incident