H2 inleiding Flashcards
1
Q
- Waar gaat een vragenlijst impliciet vanuit?
A
Dat er individuele verschillen bestaan
2
Q
- Hoe drukt een vragenlijst zich uit?
A
In testscores
3
Q
- Waar worden vragenlijsten voor gebruikt?
A
Om in verschillende situaties succes te voorspellen
4
Q
- Wat is de defenitie van inteligentie van edwin boring?
A
Intelligentie is wat er gemeten wordt met een vragenlijst
5
Q
- Wat wil speaerman aangeven met de G-factor of GMA (general mental abillity)?
A
Dat testen voor algemene inteligentie allemaal aan elkaar gerelateerd zijn.
6
Q
- Wat voorspelt de G-factor of GMA in relatie met werkprestaties?
A
Het beroepsniveau en prestaties binnen het beroep
7
Q
- Wat is de relatie tussen de G-factor en werkervaring?
A
De G-factor is een betrouwbaardere voorspeller dan werkervaring
8
Q
- Hoe wordt tegen inteligentie aangekeken?
A
Als de beste voorspeller voor arbeidsprestaties