H12 Flashcards
Macroniveau
door de mens waarneembare kenmerken en meetbare eigenschappen van stoffen en materialen.
Microniveau
niveau van atomen, ionen en moleculen → grote rol bij verklaren en voorspellen van eigenschappen van materialen.
Mesoniveau
de manier waarop de deeltjes op microniveau zijn geordend tot grotere structuren → grote invloed materiaaleigenschappen.
Keramiek
Alle materialen die door verhitting blijvend harder worden.
Ionogeen keramiek
gebakken zirkonium(IV)oxide → eenvoudigere microstructuur: bestaat uit ionen en vormt ionrooster.
Covalente keramiek
Siliciumcarbide → kristalrooster wordt bij elkaar gehouden door atoombindingen (covalente bindingen) en heet daarom een atoomrooster.
Polymeren
heel lange moleculen die een molaire massa kunnen hebben tot wel 6,0*10⁶ g mol- 1.
monomeren
Polymeren zijn gemaakt uit kleinere moleculen, die in een polymerisatiereactie aan elkaar gekoppeld zijn met honderden tegelijk.
Polymerisatiegraad
de gemiddelde ketenlengte kun je uitdrukken in de hoeveelheid monomeermoleculen die per polymeermolecuul aan elkaar is gekoppeld.
Amorf
vormloos, na productie liggen extreem lange moleculen meestal door elkaar.
Kristallijn
toestand waarin polymeermoleculen zo gerangschikt zijn dat ze parallel langs elkaar liggen.
Weekmakers
kleine moleculen die zich gemakkelijk tussen de polymeermoleculen kunnen nestelen, waardoor de afstand tussen de polymeermoleculen worden verzwakt.
Thermoplast
plastic dat kan smelten.
lineaire structuur
materiaal bestaat uit losse polymeerketens.
Crosslinks
tussen de lange polymeerketens zijn met behulp van atoombindingen dwarsbindingen aangebracht.
Thermoharders
polymeren die bij verdere verhitting de netwerkstructuur mogelijk nog meer dwarsverbindingen krijgt en uiteindelijk ontleedt.
Composiet
materiaal verdraagt hoge druk en hoge trekspanning
Additiepolymerisatie
de dubbele binding verdwijnt steeds.
monomeereenheid
het repeterende deel dat afkomstig is van het monomeermolecuul
1,2-additie
extra dubbele binding in zijketen terecht → reguliere additiereactie, waarbij steeds twee C-atomen uit het monomeer in de polymeerketen terechtkomen.
1,4-additie
alle vier C-atomen worden in de polymeerketen opgenomen → doordat er tussen de twee dubbele bindingen maar één enkele binding zit.
Copolymeren
kunststoffen die uit meer dan één soort monomeer worden gesynthetiseerd.
Ketengroei
kenmerkend voor additiepolymerisaties is dat de polymeerketen alleen aan één einde van de keten aangroeit, omdat alleen het radicale uiteinde van deze keten reactief is.
Condensatiepolymerisatie
polymerisatie waarbij per koppeling tussen twee monomeren een klein molecuul wordt afgesplitst.
Polyesters
polymeren waarbij de monomeren met een estergroep aan elkaar zijn gekoppeld.
polyamide
polymeer waarbij de monomeren met een amidegroep aan elkaar zijn gekoppeld.
stapgroei
gemiddelde ketenlengte groeit exponentieel met factor 2.
Biogradeerbaarplastic
plastic dat wel door micro-organismen kan worden afgebroken. (polyesters en polyamiden)
Biogebaseerd
gemaakt van natuurlijke hernieuwbare grondstoffen, zoals melkzuur en zetmeel.
Geconjugeerd systeem
in de polymeerketen zit een enkele of een dubbele binding.
Vezel
langgerekt stukje materiaal dat in de lengterichting heel sterk is, maar niet in de breedterichting.
Grafeen
enkele koolstoflaag grafiet.
Fullerenen
allotropen van koolstof gebaseerd op de structuur van grafeen.
Buckyballen
= bolvormige fullerenen.