H1 organismen hanteren homeostase Flashcards
uitwendig milieu
Het uitwendige milieu (externe milieu) bestaat uit de omgeving die om het organisme heen zit.
inwendig milieu
Het inwendige milieu (interne milieu) bestaat uit bloed, lymfevloeistof, weefselvloeistof en cytoplasma van cellen.
prikkel
Een waarneembare verandering die bij een organisme een reactie kan uitlokken.
prikkeldrempel
De minimumsterkte waarbij een prikkel waarneembaar is .
prikkelgewenning
Wanneer dezelfde prikkel langere tijd blijft duren en daardoor de prikkel niet meer opgemerkt wordt.
prikkelfilter
Een filterstation in de hersenen dat bepaalt of en hoe sterk prikkels aan de hersenen worden doorgegeven.
uitwendige prikkels
Prikkels die afkomstig zijn uit de omgeving van organismen.
inwendige prikkels
Prikkels die in het organisme ontstaan.
chemische prikkels
Een prikkel in de vorm van een prikkelende stof, zoals reuk- of smaakstoffen.
fysische prikkels
Veranderingen als gevolg van kracht en energie.
receptor
Structuur in het lichaam die een prikkel herkent en opvangt.
conductor
Structuur in het lichaam die een impuls geleidt en verwerkt.
effector
Structuur in het lichaam die een reactie mogelijk maakt.
reactie
Wat het organisme doet bij een prikkel.
zin
De mogelijkheid om je zintuigen te gebruiken.