H1 Flashcards
door wat wordt een systeem bepaald (in context van thermodynamica)
het wordt bepaald door de systeemgrenzen
wat is dQ + formule
warmte
+
dQ = m*c*dT
wat gebeurt er als het systeem verandert
dan verandert de toestand
welke 4 hoofdwetten van de thermodynamica zijn er + bij de 2e andere benaming
+ richting van energie
leg de 1e hoofdwet (behoud van energie) meer uit
energie ontstaat niet uit niets
energie verdwijnt niet, maar kan wel worden omgezet in andere vorm(en)
welke 2 formuleringen zijn er voor de 2e hoofdwet (Natuurlijk streven naar wanorde)(of richting van energie)
kelvin en clausius formulering
wat zegt de Kelvin formulering van de 2e hoofdwet
dus je kan nooit alle warmte omzetten in arbeid
wat zegt de Clausius formulering van de 2e hoofdwet
wat is er belangrijk bij warm en koud
het koude neemt ALTIJD warmte op van het warme, spontaan
en het warme geeft ALTIJD warmte af aan het koude, spontaan
met ARBEID kan het koude warmte afgeven aan het warme en het warme kan warmte opnemen van het koude
wat is het doel van de 2e hoofdwet + 2 toepassingen
warmte oppompen (van lagere naar hogere temperatuur) d.m.v. arbeid
+ koelmachine en warmtepomp
2 voorbeelden bij de koelmachine bij 2e HW
koelkast, airco
uitleg bij warmtepomp bij 2e HW
men onttrekt warmte uit de omgeving om deze te gebruiken om een woning te verwarmen
wat is het concept van de 0e hoofdwet
wanneer is er thermisch evenwicht
verband tussen temperatuur, snelheid en kinetische energie
hoe hoger de temperatuur hoe hoger de gemiddelde snelheid van de moleculen dus ook de kinetische energie
welke 4 soorten systemen heb je
open
gesloten
geïsoleerd
adiabatisch
wanneer heb je een open systeem
wanneer de systeemgrens doordringbaar is voor materie (massa stroomt in en uit)
wanneer heb je een gesloten systeem
wanneer de systeemgrens ondoordringbaar is voor materie (heeft steeds dezelfde massa binnen dezelfde systeemgrens)
wanneer heb je een geïsoleerd systeem
wanneer de systeemgrens energetisch geïsoleerd van zijn omgeving is en noch warmte of arbeid uitwisselt
wanneer heb je een adiabatisch systeem
wanneer de systeemgrens adiabatisch is (er wordt geen warmte uitgewisseld met de omgeving)
wat is dit + welk soort systeem
warmtewisselaar in een stoomketel + open systeem
wat is dit + welk soort systeem
expansievat + gesloten systeem met vervormbare systeemgrens
wat is tekenconventie A
dat is een regel dat zegt als er arbeid of warmtetransport van de omgeving naar het systeem toegevoegd wordt is da positief en als het geleverd wordt van het systeem naar de omgeving dan is het negatief (er is een tekenconventie B maar gebruiken we niet veel)
wanneer heb je een onevenwichtige en evenwichtige toestand
onevenwichtig: wanneer er op elke plaat ofwel een andere temperatuur of druk heerst
evenwichtig: op elke plaats dezelfde temperatuur en druk
welke 4 soorten toestandsveranderingen heb je
evenwichtige toestandsverandering
onevenwichtige
irreversibele
reversibele
welke soort toestandsverandering is dit
evenwichtige
welke soort toestandsverandering is dit
onevenwichtige
wat is het verschil tussen een reversibele en irreversibele toestandsverandering
bij een reversibel proces kan op elk ogenblik omgekeerd worden door één van de variabelen met een oneindig kleine waarde te veranderen en bij een irreversibel proces niet
ondergaat dit proces een irreversibele of reversibele toestandsverandering
irreversibel
ondergaat dit proces een irreversibele of reversibele toestandsverandering
reversibel (indien er geen wrijving optreedt)