grammatica | nouns and articles Flashcards

1
Q

Hoe maak je het meervoud van een zelfstandig naamwoord?

A

door een -s achter het zelfstandig naamwoord te plakken (dog - dogs / radio - radios / bridge - bridges)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Uitzonderingen:

  • s-klank
  • na een -o
A

> na een s-klank, plak je er -es achter
(bus - buses / coach - coaches / box - boxes)
als het woord eindigt op een -o, plak je er -es achter
(hero - heroes / tomato - tomatoes)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Uitzonderingen:

  • eindigend op -f of -fe
  • eindigend op -y
A

> een woord eindigend op -f / -fe, verandert in -ves
(thief - thieves / knife - knives)
als een woord eindigt op een -y met een medeklinker ervoor, verandert het in -ies
(lady - ladies maar boy - boys)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Uitzonderingen:

  • telbaar
  • niet-telbaar
A

> telbare zelfstandige naamwoorden krijgen gewoon een -s
(doctor - doctors / iPad - iPads)

> ontelbare zelfstandige naamwoorden maak je met een ‘nieuw’ woord
(coffee - cup of coffee / packet of crisps)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

onregelmatige meervoudsvormen

A
child - child
mouse - mice
foot - feet
tooth - teeth
goose - geese
man - men
woman - women
Chinese - Chinese
Japanese - Japanese
sheep - sheep
deer - deer
aircraft - aircraft
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Uitzonderingen:

  • paren
  • meervoudswoorden
A

> als iets een paar is (trousers, jeans, glasses), komt er alleen een - s achter.
sommige woorden zijn al meervoud (army, class, crew, staff, family), deze blijven hetzelfde
een naam die een groep mensen vertegenwoordigt (Liverpool), blijft ook hetzelfde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wanneer gebruik je a/an?

Wanneer gebruik je the/the (thie)?

A

> a en the gebruik je bij woorden die beginnen met een medeklinker (a dog / the dog)

> an en the (thie) gebruik je bij woorden die beginnen met een klinker (an appel / the appel)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

such en what

A

> na such en what gebruik je a/an bij een enkelvoudige vorm (such a nice person / such nice people)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wanneer gebruik je geen a/an/the/the?

A

Bij gebouwen zoals hospital, school, prison, college, university and church als je nadruk legt op het gebouw en niet op de naam van het gebouw.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wanneer gebruik je geen the?

Wanneer gebruik je sowieso wel the?

A

> voor straatnamen en pleinen
voor most
voor seizoenen en vervoer

> wanneer je een groep mensen bedoeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly