Grammaire H Flashcards
1
Q
Het regelmatige werkwoord dat eindigt op -re
Welke uitgangen krijgt deze werkwoorden ?
A
je …s
tu …s
il/elle …
on …
nous …ons
vous …ez
ils/elles …ent
2
Q
antwoord geven
A
répondre
3
Q
ik geef antwoord
A
je réponds
4
Q
jij geeft antwoord
A
tu réponds
5
Q
hij/zij geeft antwoord
A
il/elle répond
6
Q
wij geven antwoord
A
on répond
nous répondons
7
Q
jullie geven / u geeft antwoord
A
vous répondez
8
Q
zij geven antwoord
A
ils/elles répondent
9
Q
wachten
A
attendre
10
Q
horen
A
entendre
11
Q
verkopen
A
vendre
12
Q
verliezen
A
perdre
13
Q
Hoe maak je de zogenaamde passé composé van een werkwoord dat eindigt op -re ?
A
Met een voltooid deelwoord dat eindigt op -u.
14
Q
Heb je je spelcomputer verkocht ?
A
Tu as vendu ta console?