Glycolyse Flashcards

1
Q

Welke groep enzymen katalyseren de fosforylatie van glucose, waardoor er glucose-6-fosfaat ontstaat?

A

Hexokinases

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welk enzym zet fosfo-enolpyruvaat om naar ATP, waardoor er pyruvaat overblijft?

A

pyruvaatkinase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welk enzym katalyseert de reactie van de fosforylering van fructose-6-fosfaat tot fructose-1,6-difosfaat?

A

fosfofructokinase-1 (PFK-1), hierbij wordt een fosfaatgroep van ATP gebruikt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het langzaamste enzym van de glycolyse?

A

fosfofructokinase-1 (PFK-1)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Door wat wordt PFK-1 gereguleerd?

A
  1. Het stijgen van de AMP-cocnentratie
  2. Fructose-2,6-bifosfaat
  3. Citroenzuur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waardoor reguleert een stijging in de AMP-conentratie het enzym PFK-1?

A

Stijgingen in de AMP-concentratie zorgen voor een hogere enzym snelheid. De glycolyse gaat dus harder lopen wanneer er meer ATP wordt verbruikt (er is dan immers ook meer AMP).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe wordt fructose-2,6-bisfosfaat gevormd?

A

Fructose-2,6-bisfosfaat wordt uit fructose-6-fosfaat (het substraat van PFK-1) gevormd door het enzym PFK-2 (er wordt een extra fosfaatgroep aan het tweede koolstofatoom geplakt)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe reguleert fructose-2,6-bisfosfaat het enzym PFK-1

A

Het enzym PFK-2 wordt actiever wanneer fructose-6-fosfaat ophoopt. Er ontstaat dan veel fructose-2,6-bisfosfaat. Dit stimuleert vervolgens PFK-1, waardoor de glycolyse harder verloopt en de overmaat aan fructose-6-fosfaat verdwijnt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe reguleert citroenzuur het enzym PFK-1?

A

Citroenzuur is een product uit de citroenzuurcyclus, die in staat is om de activiteit van PFK-1 te reguleren. Dit zorgt er bijvoorbeeld voor dat als er veel vetzuren geoxideerd worden de glycolyse minder hard verloopt. Het vetzuur levert dan al genoeg energie en de glycolyse hoeft niet op volle toeren te draaien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Onder invloed van welke hormonen staat PFK-2?

A

insuline en glucagon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe maken rode bloedcellen ATP aan?

A

Ze doen dit via de glycolyse. Ze hebben geen mitochondriën dus kunnen alleen doen aan anaerobe glycolyse en maken dus ook lactaat aan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat vormt het enzym pyruvaat dehydrogenase tijdens de glycolyse uit pyruvaat?

A

oxaalacetaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Tot wat kan oxaalacetaat afgebroken worden tijdens de citroenzuurcyclus?

A

CO2 en H2O,
–> hierbij ontstaat er veel energie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Onder welke invloed staat pyruvaat dehydrogenase?

A
  • ATP-concentratie
  • NADH/NAD+ ratio
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat gebeurt er als pyruvaat dehydrogenase niet aanwezig is?

A

Er kan dan geen acetyl CoA gevormd worden
Hierdoor zal er lactaat ontstaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q
A