Geschiedenis 1750-1815 Flashcards

1
Q

Landbouwrevolutie:
waar?
wanneer?
in beweging gezet door twee factoren

A

Engeland
begin van de 18e eeuw
productie (door verbeteringen in de landbouw) & productiviteit (overschot aan landbouwpoducten en overschot aan arbeidskrachten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Verlichtingsdenken:
belangrijkste kenmerk?
ontstaan door?

A

de rede is heel belangrijk

ontstond vanuit een reeks wetenschappelijke inzichten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Demografische transitie:
definitie
ontstaan door?
hangt samen met?

A

een bevolkingsexplosie door hoge nataliteit en lage mortaliteit.
ontstaan door de overgang van een hoge nataliteit en een hoge mortaliteit naar > lage nataliteit en lage mortaliteit
hangt samen met de landbouwrevolutie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Handelskapitalisme:

hoe worden winsten behaald?

A

de entrepreneur haalt zijn winsten dankzij commerciële investeringen, bv grondstoffen en afgewerkte producten, anders dan bij industrieel kapitalisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Eerste industriële revolutie:
werkt door twee factoren
gaat samen met vier factoren

A

industriële vernieuwing en schepping van de moderne markt,

gaat samen met bevolkingsgroei, en sociale -, economische -, en politieke verandering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Ancien régime:
wanneer?
wat voor regime was het?

A

begint in de late Middeleeuwen (15e eeuw) en eindigt bij de Franse Revolutie (1789) (dus zo’n 3 eeuwen)
was een standenmaatschappij

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Voor de Parlementaire monarchie:
waar?
ervoor: wat was de Cromwell-republiek?
revolutie na James II? zorgde voor?

A

In Engeland
een mengeling van puriteinse en militaire dictatuur
Glorious Revolution, inperking van de macht van de vorsten, ‘Bill of Rights’ 1688

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
Verlicht absolutisme (niet meer klassiek absolutisme):
Hoe komt de vorst aan zijn macht? Hoe niet meer?
A

Door het contract-idee, waarbij de vorst mbv rede claimt dat hij grond nodig heeft voor het welzijn van het volk; niet meer door beroep te doen op God.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Amerikaanse Revolutie:
jaar?
tegen?

A

1776

Engeland, “no taxation without representation”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q
Franse Revolutie: 
jaar? 
Welk soort régime eindigde? 
Belangrijk hierbij? 
3 belangrijke stromingen van de 19e eeuw?
A

1789
einde van het Ancien Régime
het verlichtingsdenken was belangrijk hierbij
belangrijke stromingen waren nationalisme, liberalisme en socialisme.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Ontstaan ondernemende burgerij:

ging samen met?

A

ging samen met de eerste industriële revolutie, zij waren ‘boven’ de ongeschoolde arbeiders
levensstandaarden stegen snel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Ontstaan arbeidersklasse:

Wat veranderde in de groep?

A

Er kwam een groepsbewustzijn, er ontstond een aparte sociale laag, met eigen kenmerken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Ontstaan industrieel kapitalisme (VS handelskapitalisme):
Wie is de centrale figuur hier?
Producten in bezit van?
De invloed van wat steeg hiermee?

A

Centraal is de grootindustrieel, die met familiekapitaal grote industriële investeringen doet, niet meer de entrepreneur.
Producten in bezit van één man of één familie
De invloed van investeringsbanken en holdings steeg hiermee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Europa onder Napoleon:
greep de macht in?
Wat was er mis met Frankrijk, wat kwam er mee met Napoleon?
Wanneer was hij keizer? (jaartallen)
Hoe kan zijn regime getypeerd worden?
In welke jaren was de Franse Invloedssfeer het grootst tijdens Napoleon’s regeren?

A

greep de macht in 1799
Er was voor Napoleon veel politieke instabiliteit, met Napoleon mee kwam veel stabiliteit.
Napoleon was keizer van 1804 - 1814.
Verlichte dictatuur met beetje democratie
Franse invloed was heel groot in 1811 - 1812

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Arbeidersomstandigheden van de arbeidersklasse (tijdens eerste industriële revolutie)
4 voordelen
VS
4 nadelen

A

Voordelen:
- nationaal inkomen steeg fors
- welvaart steeg door een gevarieerder consumptiepatroon
- enorme demografische groei (prima bestaansmniddelen)
- arbeidsomstandigheden lokten weinig verzet uit.
Nadelen:
- nationaal inkomen zegt weinig over concrete werkomstandigheden
- werkritme wordt door machine bepaald (geen werkvrijheid)
- vaktechnische vaardigheid gaat verloren door machines
- fabriek is onhygiënisch, er zijn wantoestanden en misbruik.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

De Val van Napoleon:
ervoor: hoe heet de handel met Engeland?
waar?
wanneer?
conflict met Rusland, wat gebeurt hierna?
oorlog met?
Welke belangrijke gebeurtenis komt er na de val van Napoleon?

A

“Continentale Blokkade”
Waterloo
1815 definitief
Napoleon verovert Moskou, maar er komt een harde Russische Winter, waarbij veel soldaten sterven
Dan weer oorlog met Oostenrijk
Daarna komt het Congres van Wenen in 1815, waarna de kaart van Europa weer wordt hertekend.